Margriet logo

PREMIUM

Dít is wat aseksualiteit inhoudt

MT10 M10 Sex relaties Beeld Getty images.
Beeld Getty images.

Over aseksualiteit bestaan nog veel vooroordelen. En dat terwijl het steeds meer wordt beschouwd als een seksuele geaardheid. Margriet toetst een aantal misvattingen rond aseksualiteit bij prof. Paul Enzlin.

Decennia geleden was seks zonder liefde – los van een relatie – taboe. Vandaag zorgt het omgekeerde voor opgetrokken wenkbrauwen: een relatie zonder seks lijkt ­onaannemelijk in de hedendaagse maatschappij. Als het woord ‘seks’ op de cover staat, verkopen magazines beter en ook ­kijkcijfers schieten de hoogte in wanneer in een realityshow een koppel tussen de ­lakens kruipt. Seks is hot. En dat vinden we ook niet meer dan normaal: van het een komt het ander, zo gaan die dingen nu eenmaal. Maar wat als van het een niet noodzakelijk het ander komt? Wat als seks je helemaal niets zegt? En ook een seksloos bestaan ­bevredigend blijkt te zijn?

Over aseksualiteit

Steeds vaker staan mensen die geen seksuele drift of aantrekking kennen op de barricade voor erkenning en normalisering van de ­minderheidsgroep waartoe zij behoren. Want vergis je niet: aseksualiteit is geen ‘probleem’ dat moet worden verholpen, maar wordt steeds vaker onder de noemer seksuele ­oriëntatie ondergebracht. Tot die conclusie kwamen ook seksuoloog Ellen Van Houdenhove en prof. Paul Enzlin van het Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen van de KU Leuven, België. Zij maakten een studie die aseksualiteit in kaart bracht.

Het is een seksueel probleem

Prof. Paul Enzlin: “We spreken steeds vaker over aseksualiteit als seksuele oriëntatie of ­geaardheid. Wat seksuele oriëntatie betreft, onderscheiden we drie groepen. Ten eerste heb je mensen die zich seksueel aangetrokken voelen tot mensen van het andere of ­hetzelfde geslacht of tot beide. Ten tweede heb je mensen die zich aangetrokken voelen tot objecten of opgewonden raken door non-normatieve handelingen. Denk aan mensen met een lederfetisj of zij die graag luiers dragen en daar seksuele opwinding uit halen. Ten derde heb je mensen bij wie elke vorm van seksuele aantrekkingskracht ontbreekt. Er is niets in deze wereld waartoe ze zich seksueel aangetrokken voelen.”

“Om over een seksuele stoornis te kunnen spreken, is het belangrijk dat iemand er zelf ook echt last van ondervindt: de disfunctie moet gepaard gaan met een zeker lijden. Uit onderzoek blijkt dat amper tien procent van die mensen die zich als aseksueel identificeren daar zelf ook daadwerkelijk een probleem mee heeft. Uiteraard kunnen mensen last hebben van het feit dat ze niet tot een meerderheidsgroep behoren of dat ze in een geseksualiseerde maatschappij leven waarin seks als iets belangrijks wordt gezien. Maar aseksuele mensen ­hebben zelf doorgaans geen probleem met hun eigen aseksualiteit. Dat maakt het dus geen seksueel probleem, maar veeleer een seksuele oriëntatie.”

Wie aseksueel is, heeft geen seks

“Volgens het onderzoek van psycholoog Anthony Bogaert blijkt dat aseksuele mensen niet per definitie niet seksueel actief zijn. Wel zijn ze ouder bij hun eerste seksuele ervaring, omdat ze seks alsmaar voor zich uit schuiven. Velen gaan uiteindelijk toch experimenteren, onder het motto: er wordt zo veel over gepraat, misschien voel ik het wel als ik het doe. Aseksuelen hebben gedurende hun leven minder sekspartners en vrijen minder frequent. Romantische aseksuelen vrijen omdat ze ervan uitgaan dat het bij een relatie hoort, om de seksuele partner tegemoet te komen. Toch zijn er verschillen met mensen die een laag libido hebben. Aseksuelen hebben het niet over een afkeer, ze spreken niet over angst, ze hebben geen occasioneel gebrek aan zin, maar praten over een gebrek aan interesse. Aseksuelen beweren dat vrijen hen niet helpt zich meer verbonden te voelen met de ander; velen hebben tijdens het vrijen afleiding nodig. Terwijl seksuele mensen juist proberen om zich van de buitenwereld af te sluiten om zich in seks te kunnen verliezen.”

“Het is een misvatting te denken dat aseksuele mensen geen seks kúnnen hebben. Het lichaam van aseksuele mensen reageert op dezelfde manier op aanrakingen, het wordt fysiek ‘opgewonden’, maar er wordt geen seksuele betekenis aan verbonden. We weten dat aseksuele mensen net zo vaak masturberen als mensen die seksueel zijn. Ze ervaren contracties in de bekkenstreek en ze krijgen een orgasme. Alleen is masturbatie voor aseksuelen een louter fysieke gewaarwording. Ze masturberen om te ontspannen of om beter te kunnen slapen.”

Aseksualiteit is aangeboren

“Als we ervan uitgaan dat aseksualiteit een geaardheid is, denken velen dat men aseksueel wordt geboren en dat ook een leven lang blijft. Van dat idee wordt afgestapt. Er is veel te doen rond fluïditeit. Dat ­betekent dat een geaardheid in de loop van het leven en op basis van de context kan veranderen. Bovendien is aseksualiteit een paraplubegrip: zo zijn er ‘grey-sexuals’, die onder omstandigheden wel seksueel zijn, als ze bijvoorbeeld een kinderwens hebben. Evengoed heb je ‘demi-sexuals’, die enkel seksuele aantrekking ervaren als ze met iemand al lange tijd een diepe emotionele connectie ervaren. Tegenwoordig gelooft de ­wetenschappelijke wereld dat het bij het ontstaan van een geaardheid om een mix van factoren gaat: een geaardheid komt deels biologisch, deels maatschappelijk en deels contextueel tot stand. Er is tot op heden nog niet aangetoond dat er bij aseksualiteit sprake is van een probleem in de hersenen of een hormonentekort, zoals vroeger werd gedacht.”

Emma (55) is aseksueel:

“‘Probeer het eens, misschien vind je het wel lekker.’ Dat hoor ik soms van mensen die seksueel actief zijn. Alsof het om een groente gaat die je eerst moet proeven. Als ik hun uitleg dat aseksualiteit een ­geaardheid is, begrijpen ze het meestal wat beter. Ik ben een vijftigplusmaagd en dat is prima zo. Ik heb geen aversie tegen seks. Ik ben niet getraumatiseerd. Ik heb geen fysiek probleem. En ik voel absoluut geen behoefte om er iets aan te doen. Het zou ook niet helpen. Ik ben wie ik ben. Seks zegt me niets.”

“Tijdens mijn puberteit besefte ik dat ik anders was dan leeftijdsgenootjes. Vriendinnen spraken over de verlangens die door hun lijf gierden en gingen op seksueel vlak telkens een stapje verder. Dat klonk mij vreemd in de oren. Ik voelde me tot niemand seksueel aangetrokken. Komt nog wel, hoorde ik dan. Maar het kwam niet en het is nooit gekomen. Hoewel ik geen seksueel verlangen ­ervaarde, werd ik wel verliefd op jongens en heb ik ook altijd een relatie gewild. Alleen is dat niet evident in een maatschappij waar de nadruk op seks ligt. Ik zag er het nut niet van in om relaties aan te gaan. Het zou toch op niets uitdraaien. Ondertussen ben ik helemaal in het reine met mezelf, maar als jonge vrouw was ik danig in de war. Ik groeide op in de jaren negentig, er was amper internet, over aseksualiteit had ik nog nooit iets gehoord. In die tijd was je hetero-, homo- of biseksueel. Maar helemaal ‘niets’, dat bestond niet. Althans dat dacht ik.”

null Beeld

Meer mensen zoals ik!

“Dé eyeopener was een televisiedocumentaire waarop ik per toeval botste. Met open mond luisterde ik naar wat ook mijn verhaal was en leerde ik dat er meer mensen zoals ik op deze wereld rondliepen. Dat was heftig. Er was plots een vakje waarin ik wél thuishoorde. Er waren nog mensen voor wie liefde en seks niet aan elkaar gekoppeld waren. En wie weet, misschien hoefde ik dan toch niet heel mijn leven alleen door te brengen. Die documentaire heeft alles in gang gezet. Ik ben me gaan inlezen in het onderwerp, ik ontdekte een forum voor lotgenoten en een datingsite waarop aseksuele vrijgezellen elkaar konden ontmoeten. Ik geloof dat een relatie tussen mensen met dezelfde geaardheid de beste garantie is tot succes. Ik heb aseksuele vrienden die toch gekozen hebben voor een ‘gemengde’ relatie. Maar dat zorgt dan toch voor frustraties en je moet voortdurend compromissen sluiten. Voor mij druist het in tegen mijn natuur. Ik vind dat niemand op seksueel vlak iets tegen zijn zin zou moeten doen.”

“Mijn man is ook aseksueel en in tegenstelling tot wat veel mensen denken, hebben ook wij behoefte aan intimiteit. Alleen beperken we ons tot kussen en knuffelen, we gaan nooit onder de gordel. Seksscènes in films zappen we heus niet weg. Ik vind het boeiend om ­inzicht te krijgen in de drijfveren van ­anderen, maar zin om te vrijen krijg ik er niet van. Masturberen doe ik wel. Maar daar heb ik absoluut geen seksuele connotatie bij.”

null Beeld

Uit de kast

“Toen ik op mijn 25ste ‘uit de kast’ kwam, hadden mijn ouders het daar heel moeilijk mee. Het heeft wat voeten in de aarde gehad, maar ze hebben me uiteindelijk aanvaard zoals ik ben. Gelukkig. Ik ken een jonge aseksuele vrouw wier moeder haar verplichtte om hormonen te nemen. Het resultaat was dat haar libido steeg, terwijl ze in haar hoofd nog steeds geen enkele behoefte voelde om seks te hebben. Die tegenstrijdige signalen tussen haar ­lichaam en haar geest hebben haar uiteindelijk tot een zelfmoordpoging gedreven. Hopelijk beseft haar familie inmiddels dat je een geaardheid niet kunt behandelen.”

“ Voor aseksuele mannen is het een nog groter taboe. Mannen die niet om de zeven seconden aan seks denken, zijn weirdo’s. De opmerkingen tegenover aseksuele vrouwen zijn venijniger. Het ergste wat ik ooit te horen kreeg, was dat vrouwen zoals ik indirect verantwoordelijk zijn voor verkrachtingen. We maken mannen namelijk gefrustreerd door hun seks te weigeren. Ja, er is nog veel werk aan de winkel. Daarom wil ik mijn verhaal vertellen.”

Aseksualiteit is een reactie op onze oversekste maatschappij

Seksuoloog Alfred Kinsey beschreef in zijn befaamde Kinsey rapports uit 1948 en 1953 al een ‘categorie x’. Hij had het over mannen zonder seksuele contacten of seksuele reacties en over vrouwen die niet op een erotische manier reageren op seksuele prikkels. In 1977 werd de term aseksualiteit voor het eerst gebruikt door onderzoekster Myra Johnson, die een onderscheid maakte tussen auto-erotische vrouwen en aseksuele vrouwen. Wat wél typisch iets is van deze tijd is de roep naar erkenning van aseksualiteit als een normale variatie van de seksuele oriëntatie. Die vraag naar erkenning heeft zijn oorsprong in de jaren zeventig met het ontstaan van de homorechtenbeweging, die pleitte om homoseksualiteit niet meer te beschouwen als een mentale stoornis.”

“Vanaf toen zijn steeds meer minderheidsgroepen op de barricade gegaan om te laten horen dat ze als normaal willen worden beschouwd. Een belangrijke evolutie die het beperkende idee van wat seksualiteit is of hoort te zijn sterk uitdaagt. Het is belangrijk dat we aseksualiteit leren normaliseren als een gewone seksuele oriëntatie, opdat ook aseksuele mensen zich niet langer een buitenbeentje voelen in onze soms toch erg op seks gerichte maatschappij.”

Wie aseksueel is, wil geen relatie

Psycholoog Lisa Diamond onderscheidt twee systemen in menselijke relaties: een paringssysteem gericht op voortplanting en een relationeel systeem gericht op het verbinden met een partner. Als je op deze manier naar relaties kijkt, zijn er verschillende combinaties mogelijk. De meesten van ons zijn romantische seksuelen, we willen zowel een emotionele als seksuele connectie. Maar je hebt ook aromantische seksuelen: zij zijn erg seksueel gericht en hebben geen interesse in aansluiting bij een partner. Je hebt ook aseksuelen die aromantisch zijn: ze willen geen seks en zich niet emotioneel verbinden.”

“Ten slotte bestaan er aseksuelen die wél romantisch aantrekkingskracht voelen: seksualiteit heeft voor hen weinig of geen betekenis, maar ze willen zich wel graag ­verbonden voelen in een relatie. Als beide partijen daar vrede mee hebben, dan kan een seksloze relatie prima werken. Vaak makkelijker om een relatie aan te gaan met iemand die seksualiteit ook minder belangrijk vindt. Daarom is het belangrijk dat we aseksualiteit uit de taboesfeer halen. Een forum zoals AVEN (zie hieronder), is van onschatbare waarde.”

AVEN is het Aseksueel Voorlichtings- en Educatienetwerk. Het is de grootste aseksuele gemeenschap ter wereld waar via het forum eerlijk en open discussie kan worden ­gevoerd over aseksualiteit en waar ervaringen kunnen worden gedeeld. Iedereen – aseksueel én seksueel – is er welkom. du.asexuality.org

M.m.v.: prof. Paul Enzlin, Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen van de KU Leuven.

Astrid van der ScheurenGetty images.

Op alle verhalen van Margriet rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@margriet.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden