PREMIUM
Schaapsherder Marianne: ‘Buiten glimlach ik en heb ik verder niets nodig’
Al meer dan twintig jaar trekt Marianne Duinkerken (64) als herder elke dag met haar kudde over het Balloërveld. “Met mijn 430 schapen werk ik aan het behoud van dit indrukkende natuurgebied.”
Marianne: “Ik woon bij de schaapskooi. Zodra ik om zeven uur wakker word, haal ik buiten de krant uit de brievenbus, snuif de frisse ochtendlucht op en kijk rustig in het rond. Na een kop koffie pak ik mijn tas in en ga voor de rest van de dag met de kudde op pad. Het Balloërveld is oeroud, het stamt uit de voorlaatste ijstijd. Dit nationale landschap is een heidegebied en dat moet zo blijven. De schapen grazen het gras tussen de heide weg en eten van de struiken zodat er weer licht en lucht bij de planten kan komen. Het gebied is bijna vierhonderd hectare, ik bepaal de richting en geef sturing aan de kudde. In weer en wind zijn we daar, elke dag in elk seizoen. Hoe extremer het weer, hoe minder bezoekers we tegenkomen en hoe rustiger het landschap is. Op hevig winterweer kan ik me prima kleden. Als ik na een stormachtige dag thuiskom, is de voldoening van buiten werken het grootst. Het is me ondanks de barre omstandigheden toch maar weer gelukt, denk ik dan. Ik hou van alle seizoenen, maar na koude maanden de eerste voorjaarszon voelen, blijft een heerlijk moment.”
Nieuwsgierigheid
“Ik ben op mijn gelukkigst als ik onbekommerd buiten kan zijn. Als kind trok ik er altijd al op uit, ik spijbelde van school om op pad te kunnen. Na het overlijden van mijn eerste en tweede echtgenoot werd ik kostwinner. Drie van mijn vijf kinderen woonden nog toen nog thuis. Bij toeval ontmoette ik Albert, ook een schaapsherder. Ik fietste over de heide en hij sprak me aan omdat hij een ram kwijt was. Die ram heb ik niet gevonden, wel mijn roeping. Want we hielden contact en zijn gaan samenwerken. Met deze baan kan ik mijn verlangen naar de natuur perfect combineren met geld verdienen. Buiten is er elke dag wat te beleven, dat prikkelt voortdurend mijn nieuwsgierigheid. De natuur geeft me veel. Ik hoef er niet om te vragen, ik hoef me er alleen maar op te richten om alles op te nemen. Zoals de kleurschakeringen in het veld en beweeglijkheid van de wolken bij ruig weer. Terwijl de schapen grazen, pak ik er graag een boek of borduurwerk bij. Ik kan ook uren rondkuieren en kijken. Laatst zag ik dat de beek buiten z’n oevers was getreden. Ganzen streken massaal in de beekdalen neer en reeën dartelden het veld op. Zo’n tafereel aanschouwen maakt me stil en mijn eerbied voor wat geschapen is, neemt toe.”
Verrassende regenboog
“Als schaapsherder komen verschillende elementen uit mijn leven samen: ik ben religieus opgevoed, heb aan de kunstacademie en aan de Universiteit van Leiden wereldgodsdiensten gestudeerd en ik heb een eigen bedrijf gehad. Op en rondom het Balloërveld voel ik het wezenlijke van het leven. Ik heb bewondering voor de grootsheid van de natuur, het maakt me nederig en kinderlijk gelukkig tegelijk. Dat leidt bij mij tot intense tevredenheid. Een plensbui, een zonnestraal, verrassende regenboog, sneeuw die valt en de stilte die daarbij hoort, dat krijg je allemaal niet zo sterk mee als je binnen bent. Wat ik op het veld beleef, neem ik niet passief in me op, ik probeer er steeds weer iets mee te maken. Dat doe ik als schrijver, kunstenaar en fotograaf. ’s Avonds als ik thuis ben, zit ik met een glaasje wijn bij de houtkachel en werk aan mijn boeken. Ik heb een fotoboek over de dieren in dit gebied gemaakt en werk aan een roman over het leven als schaapsherder. Buiten neem ik waar. Ik glimlach en heb verder niets nodig.”