PREMIUM
Bob Sikkes: ‘Pas toen ik ouder werd, besefte ik dat het helemaal niet vanzelfsprekend is om zo fijn op te groeien’
Uren bouwen met Lego, vrijdags De Willem Ruis Lotto Show kijken en als puber stappen in alternatieve cafés. Het was fijn opgroeien in Alkmaar voor Bob Sikkes (57).
Bob Sikkes is aannemer en bouwkundige en werd bekend door tv-programma’s als Bouwval gezocht en Kopen zonder kijken (vanaf 17 april weer te zien). In het nieuwe programma De moeite waard (vanaf 23 mei) begeleidt hij klussers die een huis willen flippen. Bob is getrouwd met Michiel, afwisselend wonen ze in Amsterdam en Baambrugge.
Thuisblijfmoeder
“Stabiel en warm, zo kan ik het gezin waarin ik opgroeide het best omschrijven. Mijn vader werkte bij Shell en stapte ’s morgens vroeg in de auto om naar zijn werk te gaan. Rond zes uur kwam hij thuis en dan gingen we eten. Niet oneerbiedig bedoeld, maar hij was wel een beetje de man die op zondag het vlees komt snijden, want heel veel zag ik hem niet doordeweeks. Mijn moeder draaide negentig procent van het huishouden. Ze was zoals veel vrouwen in die tijd thuisblijfmoeder en dat vond ik heerlijk. Op vrijdagavond keken we De Willem Ruis Lotto Show met een schaaltje chips en op verjaardagen stonden er glazen met pepsels en sigaretten op tafel. De regels in huis waren duidelijk: twaalf uur thuis was ook echt twaalf uur en niet vijf minuten later. Die begrenzing gaf een gevoel van veiligheid. Stemverheffing van mijn moeder was niet nodig. Aan één blik van haar had ik genoeg om te weten wanneer ik te ver ging. Pas toen ik ouder werd, besefte ik dat het helemaal niet vanzelfsprekend is om zo fijn op te groeien.”
- “Aan de afwas in Alkmaar 1982. Mijn moeder vond een vaatwasser niet nodig, dus elke avond deden de jongens de afwas.”
- “Amsterdam 1984, klaar om uit te gaan. Ik was toen negentien en Alkmaar was te klein geworden.”
- “Alkmaar 1978, In de voortuin bij ons nieuwe huis.”
Gek op huizen
“Als kind zat ik op een jeugdcircus, dat vond ik fantastisch. Ik leerde er koorddansen en op een eenwieler rijden. Ook kon ik uren huizen bouwen met Lego. Al zolang ik me kan herinneren ben ik met huizen bezig. Op straat keek ik naar woningen die ik mooi vond. Toen ik tien was verhuisden we vanuit Naaldwijk naar een nieuwbouwwijk in Alkmaar. We kregen alles nieuw: kleuren-tv, vloerbedekking, meubels... Het voelde echt als een overgang naar de moderne wereld. Als jarenzeventiggezin waren we allesbehalve preuts. De badkamerdeur was nooit op slot. Deed je dat wel, dan had je iets te verbergen.”
Slechte tafelmanieren
“Normen en waarden waren belangrijk in ons gezin. Netjes praten, dus met twee woorden. Maar ook spreekfouten werden verbeterd. Als ik ‘de enigste’ hoor, schuurt me dat nog altijd in de oren. Nog een regel thuis: pas gaan eten als iedereen heeft opgeschept. Ik vind het schokkend hoe slecht de tafelmanieren van mensen soms zijn, zelfs bij chique galadiners. Hard werken vonden mijn ouders ook belangrijk. Zo wilde ik graag een stereotoren, maar die kreeg ik echt niet zomaar. ‘Ga er maar voor werken,’ zeiden mijn ouders. En zo stond ik al op mijn elfde bloembollen te pellen.”
- “In 2010 met mijn broers en ‘extra broer’ Ynze, een vriend van mijn ouders.”
- “17 oktober 1965. Mijn geboortedag in het ziekenhuis in Delft.”
- “Foto uit 1975. Ik in het midden, met mijn broers Eelco en Bart. Deze foto hing altijd bij mijn ouders aan de muur.”
Stoer
“Mijn twee broers en ik zijn totaal verschillend. Op de middelbare school werd ik een beetje alternatief, ik hield van The Cure. Mijn oudste broer luisterde naar Normaal, dat vond ik me een partijtje stom. Alkmaar was voor mij een prettige stad om in op te groeien. Als puber ging ik graag naar het alternatieve danscafé SWAF. Daar werd new wave gedraaid en kwamen punks, dat vond ik stoer en niet-burgerlijk. Vooral dat laatste was natuurlijk heel belangrijk, niet beseffend dat je dan net zo goed heel burgerlijk binnen de lijntjes kleurt van die scene.”
Magisch Amsterdam
“Maar hoe fijn Alkmaar ook was, Amsterdam trok mij al vroeg. Die stad vond ik als jochie al magisch: de mensen, de gebouwen, de drukte. Op mijn vijftiende had ik een vaste kapper in Amsterdam, want die vond ik de beste. Met een knipbeurt was ik de hele dag zoet, tweeënveertig kilometer heen en terug op mijn fietsje. Maar dáár moest ik zijn, dat voelde ik aan alles, geen twijfel mogelijk. Op mijn negentiende verkaste ik naar Amsterdam, klaar voor het grote leven. Nog altijd woon ik met veel plezier in deze stad.”
- “2 mei 2017 in Heerenveen. Pake en Beppe zijn hier 55 jaar getrouwd.”
- “De allereerste foto van mijn ouders, gemaakt op dansles ergens in 1961 in Bolsward.”
- “Bolsward, 2 mei 1962, mijn ouders op hun trouwdag.”
Oude kinderrol
“Qua karakter lijk ik erg op mijn moeder, we zijn beiden onrustig en hebben een sterke wil. ‘Nee’ of ‘kan niet’ bestaat niet bij mij, ik leg me daar nooit zomaar bij neer. Wat uiterlijk betreft is het ‘papa, ik lijk steeds meer op jou’. Soms schrik ik als ik een foto van mezelf zie; dan is het alsof ik naar mijn vader kijk. Mijn ouders leven nog allebei en wonen in Heerenveen. Geregeld ga ik bij ze langs, ik kom er graag. Fascinerend wel: ondanks dat ik 57 ben, verval ik bij mijn ouders meteen weer in mijn oude kinderrol. Nog steeds pest ik dan mijn broertje als hij er ook is. Een beetje prikken en de boel scherp houden, dat doe ik graag. Sommige dingen veranderen nooit en dat is alleen maar mooi.”
Dit artikel komt uit het Digitale Magazine van Margriet. Benieuwd wat er nog meer in staat? Klik hier.