PREMIUM
Annette Heffels adviseert: dit kun je doen als je bang bent dat je kleinkind gepest vanwege tics
De zevenjarige kleinzoon van Els (66) heeft een tic ontwikkeld, waarover zijn moeder zich zorgen maakt: straks wordt hij ermee gepest.
Els:
“Mijn dochter maakt zich zorgen over haar zoontje. Hij is zeven jaar, zit in groep 3 en de laatste tijd heeft hij een soort tic die steeds erger lijkt te worden. Hij trekt dan zijn mond scheef en kucht daarbij. Vaak maakt hij ook nog een beweging met zijn hoofd, alsof hij zijn haar weg schudt. Als je erop let, gaat het irriteren. Het is zijn juf op school ook opgevallen en mijn dochter is bang dat andere kinderen er iets van zeggen of hem gaan pesten hiermee. Ze heeft geprobeerd om het er met mijn kleinzoon over te hebben, maar hij zegt dat hij er niks aan kan doen. Hij lijkt zich er meestal ook niet van bewust te zijn.”
Annette adviseert
Tics, dat wil zeggen onvrijwillige bewegingen van een groepje spieren of onbewust een geluid maken, komen vaak voor bij kinderen. Zo’n 12 tot 24 procent van de basisschoolkinderen heeft daar weleens een tijdje last van. Het begint meestal tussen het zesde en het tiende jaar en komt meer voor bij jongetjes dan bij meisjes. In de meeste gevallen gaat het vanzelf over. Niet voor niets heet het dan een voorbijgaand tic-syndroom.
Uit onderzoek blijkt dat verreweg de meeste kinderen er na een paar jaar minder of geen last meer van hebben. Voorlopig is er dus nog niet heel veel reden tot zorg. Het kan zijn dat school voor uw kleinzoon spannend is en dat dit mede oorzaak is voor het ontstaan of erger worden van de tics.
Als er reden is om aan te nemen dat uw kleinzoon geplaagd wordt of zelf last heeft van deze tics, is het wel mogelijk om naar een psycholoog (gedragstherapeut) te gaan, die hem kan leren om zich bewust te worden van wat hij doet en om hem te leren het meer onder controle te krijgen. Dat kan bijvoorbeeld door een tegenstelde beweging aan te leren, bijvoorbeeld om zijn kiezen even op elkaar te bijten, waardoor hij de tic-beweging met zijn mond niet kan maken. Hierdoor traint hij bovendien spiertjes die tegengesteld zijn aan de tic. Uw dochter kan leren hoe ze hem hierbij kan helpen.
Als hij er echter zelf geen last van heeft en andere kinderen er niets van zeggen, zou ik voorlopig even afwachten en er niet te veel aandacht aan besteden. Waarschijnlijk gaat het vanzelf over.
Elke week beantwoordt Annette Heffels een lezersvraag over relaties. Wil je ook een vraag insturen? Dat kan hier.
Over Annette Heffels
Annette Heffels is klinisch psycholoog. Ze studeerde psychologie aan de Rijksuniversiteit van Utrecht en specialiseerde zich als psychotherapeut. Ze is getrouwd en heeft een zoon, twee dochters en twee kleinkind.
Dit artikel komt uit het Digitale Magazine van Margriet. Benieuwd wat er nog meer in staat? Klik hier.