PREMIUM
‘Voor mijn 75ste verjaardag wenste ik mijzelf een groots en meeslepend feest met livemuziek’
In het afgelopen jaar ben ik 75 geworden. Het was een bigiyari, een ‘grote verjaardag’. In het Surinaams heten alle jaardagen om de vijf jaar zo en als het kan worden ze groots gevierd.
Ronde verjaardagen of kroonjaren worden ze ook wel genoemd. Om de simpele waarheid dat je maar één keer in je leven 10, 50 of 75 wordt, trek je dan alles uit de kast om er een onvergetelijke dag van te maken. Je spreekt je spaargeld aan, je leent geld of als je nog een ouderwetse Surinamer bent, heb je een kasmoni achter de hand. Letterlijk kasgeld, een systeem dat sparen en krediet combineert.
Kasmoni uit de mode geraakt
Met een aantal deelnemers leg je een jaar lang elke maand een afgesproken bedrag in bij een kashouder, meestal een vrouw. Soms krijgt ze daar een kleine premie voor, vaak ook niet. Zij keert het volle kasgeld elke maand uit aan één deelnemer, iemand die een feest te vieren heeft of het gewoon even goed kan gebruiken. Toen ik in Suriname woonde, heb ik er ook weleens van geprofiteerd. Kasmoni is uit de mode geraakt, maar we kunnen het zo weer omarmen nu de banken de laatste jaren geen rente meer uitkeren.
Groots en meeslepend
Voor mijn 75ste verjaardag wenste ik mijzelf een groots en meeslepend feest met livemuziek, het prachtigste weer van de wereld, de heerlijkste Surinaamse gerechten, een bar die leeggedronken kon worden, een tafel met een overdaad aan verjaardagstaarten en natuurlijk goed gezelschap. Het was hartje zomer met de eerste lockdown achter de rug. De uitnodiging ging naar tachtig tot honderd mensen en toen iedereen de QR-code op zak had, konden we voor het eerst in lange tijd weer samen zijn.
In Amsterdam vond ik een feestterrein dat me deed denken aan Republiek, het vakantieoord in Suriname aan de Colakreek met zijn bruine water dat op Coca-cola lijkt, waar ik mijn vijftigste verjaardag vierde. Op de vooravond van die bigiyari werd ik gehuld in een koto, de traditionele klederdracht van Creoolse vrouwen in Suriname. De kleur was geel, zoals het hoort bij iemand die vijftig jaar wordt. Alle vrouwen en kinderen droegen die avond ook een koto en kwamen mij om beurten heil, zegen en een langer leven toewensen met een odo, een gezegde. Bijvoorbeeld: ‘ervaring in de liefde is eeuwig’. Het heeft geholpen, want 25 jaar later mocht ik mijn bigiyari vieren met een nieuwe liefde.
Papieren geldvogel
Het feest in Amsterdam duurde ook volgens een Surinaamse uitdrukking tot BAM, Bis Am Morgen. In een schitterende zomeravond hadden alle gasten zich vol overgave en tot het niet meer kon, gestort in muziek en dans. De meesten lieten een envelop met inhoud achter. Iemand had zelfs 75 euro in biljetten verzameld en daarvan een papieren vogel gevouwen met de wens dat ik in mijn leven nog meer bigiyari’s mag meemaken. Het was de mooiste kasmoni die ik ooit heb gehad!
Over Noraly Beyer
Noraly Beyer is geboren in Willemstad, Curaçao en woonde in de jaren zeventig en tachtig in Suriname. Ze werkte als nieuwslezeres bij NOS, schrijft columns, werkt in het theater en zit in verschillende jury’s en commissies. Ze leest graag en houdt van de tuin. Noraly heeft een latrelatie met Joost Prinsen, heeft een volwassen zoon en dochter. Ze is oma van twee kleinkinderen en een heel stel bonus kleinkinderen. Wil je Noraly volgen? Tweewekelijks lees je haar nieuwste column op margriet.nl/noraly of volg haar op Twitter: @norabey