Het is een raadsel waarom dit stukje Portugal nog niet door drommen toeristen wordt overspoeld, want het beeldschone binnenland heeft alle ingrediënten voor een ontspannen vakantie.
Stoer kasteel en suikerzoet klooster
Op het hoogste punt van de Alentejo-vlakte ligt Beja, een stadje dat vermoedelijk door de Romeinen werd gesticht, eeuwenlang een Moors bolwerk was en vanaf de middeleeuwen weet te imponeren met een stoer kasteel. Het kasteel heeft namelijk een marmeren kasteeltoren (leuk om te beklimmen) die tot de hoogste torens van het land wordt gerekend. Tijdens een wandeling door de smalle steegjes en straatjes zie je Moorse schoorstenen en gevels gevuld met azulejo-tegeltjes. Bezienswaardig zijn de stadsmuren, het kasteel, het Sant Amaro-kerkje met zijn archeologische museum en de hallen vol tegeltjes van het onverwacht romantische Convento de Conceiçao. Hier herinneren liefdesbrieven uit de zeventiende eeuw aan een Portugese non die haar gevoelens voor een Franse officier op papier zette. Als dit nog niet zoet genoeg is, zet dan je tanden in de Doces Conventuais (vrij vertaald kloosterzoet), want ook dit lokale lekkers komt oorspronkelijk uit het klooster van Beja. Een andere specialiteit van Beja is de Pão de Rala – een cake met amandelen en pompoen.
In de benen
Natuur en cultuur gaan hand in hand in het hagelwitte Mértola. De belangrijkste kerk van het dorp stamt uit de twaalfde eeuw en is een bijzonder bouwwerk. Deze kerk was namelijk in een vorig leven nog een moskee. En er is meer! Zoals een museum met archeologische vondsten uit de regio en het Moorse kasteel met uitzicht over rivier de Guadiana. Hier begint het natuurschoon van Parque Natural do Vale Guadiana, een vogelparadijs met kurk- en johannesbroodbomen. Trek dus vooral je stevige schoenen aan, want wandelen is hier een must. Al is een kanotocht over de rivier natuurlijk ook een vette aanrader. natural.pt
Eeuwenoud Évora
Keltische, Romeinse, Visigotische en Moorse overheersers hebben hun sporen nagelaten op Évora, de levendige hoofdstad van Alentejo. Die bonte mix aan historische bouwwerken prijkt natuurlijk op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Pal naast de gotische kathedraal staan de Korintische zuilen van de Romeinse Diana tempel. Daarnaast vind je in het historische centrum een aquaduct, Romeinse baden, middeleeuwse kloosters en koninklijke stadspaleizen om je aan te vergapen en kun je in het macabere kapelletje van de São Francisco kerk lekker gaan gruwelen. In de zogenaamde Capella dos Ossos liggen namelijk de botten van vijfduizend middeleeuwse skeletten. Ook de zestiende-eeuwse universiteit geldt als bezienswaardigheid, want het voormalige klooster is gevuld met marmer, azulejo-tableaus, binnenplaatsen met fonteinen en een bibliotheek met fraai gedecoreerd plafond.
Hoorn des overvloeds
De regio geldt als de gastronomische ziel van Portugal. Van de vruchtbare grond komt niet alleen de helft van de Portugese wijn, ook olijven, graan, noten, citrusvruchten en andere gewassen doen het goed. En met die hoorn des overvloeds weet Alentejo wel raad. De lokale keuken is een feest voor foodies. Elk plaatsje heeft zijn eigen delicatessen. Waar in het binnenland de focus vooral op varkensvlees en wild ligt, verschuift deze bij het naderen van de kust naar vis- en schaaldieren. Proef vooral ook van die Portugese kazen! Ideaal zijn de petiscos, borden gevuld met hartige hapjes. Het mooie van de regionale keuken is dat ook eenvoudige ingrediënten, zoals het ei, een glansrol krijgen toebedeeld. Denk aan een omelet met asperges, gepocheerd met knoflook en koriander of in broodpap açorda alentejana en opgeklopt met suiker in de lokale taartjes en toetjes die in de kloosters zijn ontstaan. Zoetekauwen gaan in Beja aan het kloosterzoet en bestellen in Évora de Encharcada do Santa Clara cake en Pão de Rala van Santa Helena do Calvário klooster.
Stranddagje?
Wij zeggen doen! Want ze zijn er in alle smaken: groot, klein, stoer, stil en gezellig. En dan wappert op de surfstranden tussen Tróia en de kaap van Sines, op de familiestranden São Torpes, Morgável, Grande van Porto Covo, Ilha do Pessegueiro en Vale Figueiros ook nog de blauwe vlag, het teken van goede zeewaterkwaliteit. Ben je vooral van de kleine strandjes? Kies dan de wonderschone en verstilde Porto Covo stranden Vieirinha, Oliveirinha of Samouqueira.
Vinho
Portugal is een oud wijnland, al raakte de traditie lange tijd in het slop. Maar die tijd is voorbij. De wijnbouw van Alentejo bloeit en groeit. Aan weerszijden van de wegen zie je wijngaarden en dat maakt natuurlijk nieuwsgierig! De witte wijnen zijn fris en aromatisch en de rode iets intenser, al zijn ze ook vol en zacht van smaak. Tot zover de theorie, want de Vinho moet je gewoon proeven en dat kan bijvoorbeeld in Sala de Provas da Rota dos Vinhos do Alentejo van Évora. De wijnkelder is overigens ook het startpunt van wijnroutes door de regio, bijvoorbeeld langs de Enoteca en het wijnmuseum Museu do Vinho do Redondo.
Daar komen de Romeinen
Buiten Beja vind je nog de overblijfselen van een Romeinse villa, een archeologische site die officieel is gesloten. Wie de stoute schoenen aantrekt, regelt toch een bezoekje aan Ruinas Romanas de Pisoes. Vooral de vloermozaïeken zijn indrukwekkend. Adres: Herdade da Almagrassa, Beja.