Meer vogels in je tuin? Dit kun je het best wel (en niet) doen

We zochten het voor je uit en zetten een aantal tips op een rijtje.

Minder vogels in de steden

Uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en Sovon Vogelonderzoek blijkt dat er in vergelijking met 2007 gemiddeld zes procent minder vogels in steen en dorpen te spotten zijn. Vooral vogels die leven in struweel en struiken hebben het zwaar te verduren, hun populaties zijn de afgelopen jaren met maar liefst dertig procent afgenomen. Maar ook andere vogels hebben het zwaar. Zo daalde het aantal vogels dat leeft in bossen en parken met twintig procent en in open groen met tien procent.

Wat misschien wel het opvallendst is, is dat ook een vierde groep vogels afneemt. Maar dit zijn niet de vogels waarvan je het verwacht omdat het stadsvogels zijn, zoals de Huismus, Spreeuw, Zwarte Roodstaart en Gierzwaluw. De enige vogel uit deze groep die het wel heel goed doet, is de Slechtvalk.

Water- en moerasvogels doen het goed

Er is maar één groep met vogels waarvan het aantal wel duidelijk toeneemt binnen steden en stedelijke gebieden, namelijk de water- en moerasvogels. Dit aantal is gemiddeld met dertig procent gestegen sinds 2007. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de Krakeend en Grauwe Gans. Dit komt met name doordat de waterkwaliteit beter is en er meer waterpartijen aangelegd worden binnen stadskernen.

Meer vogels in de tuin

Een van de redenen dat we steeds minder vogels zien, is het feit dat we steden steeds verder volbouwen. Er blijft dus maar weinig leefruimte over voor ze. Maar gelukkig zijn er ook dingen die wij kunnen doen om meer vogels in onze tuin te krijgen. Met deze tips kun je meer vogels naar jouw postzegel lokken:

• Tegels in je tuin zijn een no go. Ga in plaats daarvan voor een grasveldje, waarin de vogels op zoek kunnen gaan naar voedsel. Je hoeft hier (naast het aanleggen van het veldje) helemaal niets voor te doen. Insecten komen er als vanzelf op af, en vogels zoeken die vervolgens weer op.
• Wil je begroeiing in je tuin? Kies dan bewust voor dichte bomen en struiken, zoals de heester. Maar ook bomen en stuiken met bijvoorbeeld aardbeien, bessen, appels en peren zijn heel fijn voor vogels. Heb je bessen, bramen en aardbeien in de tuin? Dan kun je er de klok op gelijk zetten dat er merels op je tuin afkomen. Deze kleine vogeltjes smullen van de zoete vruchten.
• Zorg voor variatie en beplanting die het hele jaar door iets te bieden heeft. Ook leuk voor jezelf, want dan staat niet alleen in de zomer je tuin in bloei, maar zie je in de winter ook nog iets. Heb je in de zomer bloeiende bloemen? Dan komen daar insecten op af (die vervolgens weer voeding zijn voor de vogels). Maar in de winter vallen bladeren omlaag, zijn er takjes in overvloed en pluis en uitgebloeide bloemen. Perfect voor vogels die een nest aan het bouwen zijn of op zoek zijn naar zaden.
• Zorg voor een waterbron. Hoeft natuurlijk niet meteen een grote vijver te zijn, maar ook een kleine schaal met water of een minivijver kan al voldoende zijn. Hier kunnen de vogels na hun maaltijd genieten van wat drinken of ze komen langs om te badderen. Ziet er ook nog eens super leuk uit!

Wat kun je beter laten?

Wil je meer vogels in je tuin? Dan zijn er zoals je gezien hebt verschillende dingen die je kunt doen om ze te lokken, maar er zijn ook een aantal dingen om op te letten. Als je een van deze dingen doet, is de kans namelijk groot dat je ze alleen maar weer wegjaagt:

• Snoeien in het voorjaar. Lijkt voor ons misschien de ideale tijd om de tuin in te gaan, maar je kunt dit beter aan het eind van de winter doen. In het voorjaar kan er namelijk zomaar een nest in een heg of struik zitten en die wil je natuurlijk niet verstoren. Controleer dus altijd of er ergens een nest verstopt zit, voordat je de schaar erin zet.
• Gevallen bladeren opruimen. We snappen dat deze een doorn in het oog zijn, maar er is een tussenoplossing. Veeg of hark ze allemaal naar de zijkant of hark ze in de borders. Tussen deze bladeren gaan namelijk al snel insecten zitten, waar de vogels weer op af komen.
• In de herfst je uitgebloeide planten weghalen. Ook dit kan een doorn in het oog zijn, maar voor vogels en vlinders zijn dit hele belangrijke planten. Vogels die zaden eten kunnen deze hier namelijk vinden en vlinders leggen er hun eitjes in. Wacht dus even tot het voorjaar en haal ze dan weg.

Bron | Sovon, Vogelbescherming