Met deze tips én een kernthermometer draai je voortaan je hand niet meer om voor een hele rosbief uit de oven.
Dit recept is afkomstig uit Handboek Oven van Karin Luiten.
6 personen – bereidingstijd 15 minuten, wachten:
1 uur, in de oven: 45-60 minuten
Nodig
1 rosbief (800 g à 1 kg)
3 el gekleurde peperkorrels
1 el venkelzaad
1 el grof zeezout
50 g boter
2 el olijfolie
Champignonsaus
250 g kastanjechampignons
125 ml crème fraîche
flinke scheut witte wijn
1 sjalotje
1 handje platte peterselie
Bereiding
– Oven: 125°C
– Doe venkelzaad, peperkorrels en zeezout in de vijzel en stamp grof. Strooi op de snijplank.
– Haal het vlees uit de koelkast, dep eventueel droog en rol aan alle kanten erdoor. Duw goed aan. Laar 1 uur op kamertemperatuur komen.
– Verhit een ovenvaste pan op het vuur. Laat boter en olie goed heet worden. Leg het vlees hierin en bak met behulp van twee spatels al omdraaiend aan alle kanten bruin aan (in totaal ± 2 minuten).
– Stel de kernthermometer in op 45 °C, prik midden in het vlees en zet de pan in de oven. Draai meteen de oventhermostaat terug naar 90 °C.
– Draai het vlees halverwege een keertje om. Reken op ± 45 minuten à 1 uur (afhankelijk van de dikte).
-Haal het vlees uit de pan, wikkel in aluminiumfolie en laat 10-15 minuten rusten, snij in zo dun mogelijke plakken.
Saus
– Snipper de sjalot fijn en bak zachtjes glazig in een koekenpan. Snij de champignons en bak al omscheppend bruin. Voeg de fijngehakte peterselie toe. Zet het vuur uit.
– Zet de rosbiefpan op het vuur, schep het teveel aan vet eraf. Doe de champignons erbij en laat al omscheppend heet worden.
– Blus af met de drank, laat uitbruisen. Roer de crème fraîche erdoor en laat even pruttelen en indikken. Proef op zout.