Deze jongensnamen waren populair in de jaren vijftig (staat de naam van je man of goede vriend er ook bij?)
In de jaren vijftig was alles beter, dat hoor je vaak over dit decennium. Maar geldt dat ook voor de jongensnamen? Jongens heetten toen geen Wolf of Boaz, maar Johannes of Gerrit. Déze namen waren het populairst.
Volgens de Sociale Verzekeringsbank is Noah de meest gegeven naam van 2022. Andere populaire jongensnamen zijn Liam en Luca. Dat smaken veranderen is duidelijk, want in de jaren vijftig stond de naam Johannes op één. Dat bleef decennialang zo: tot 1991 was deze naam het populairst. Pas in 1992 werd deze naam volgens het Meertens Instituut van de eerste plek gestoten door Kevin. De naam Johannes is Hebreeuws en betekent volgens 24Baby ‘God is genadig’. Johannes komt voor in de Bijbel: hij is één van de twaalf apostelen van Jezus. De naam werd ook populair dankzij Johannes de Doper.
Populaire jongensnamen in de jaren vijftig
De gehele jaren vijftig staat de naam Jan op de tweede plek van populaire jongensnamen in Nederland. Ook deze naam stond lang in de top drie, want pas in 1975 stond een andere naam (Jeroen) op de tweede plek. Jan is afgeleid van Johannes en betekent dan ook precies hetzelfde: ‘God is genadig’. In de jaren vijftig werden er wel 44.240 Jannen geboren in Nederland.
Op de derde plek van populaire jongensnamen stond in de fifties Cornelis. Dat bleef zo totdat de naam werd ingehaald door Hendrik in 1968. Ook meisjes kregen in dezelfde periode vaak een afgeleide naam van Cornelis: Cornelia. De herkomst van de naam Cornelis is niet duidelijk. Mogelijk is er een verband met het Latijnse woord ‘cornu’, dat hoorn betekent. Cornelis zou dus ‘de gehoornde’ kunnen betekenen, maar dat is niet zeker. Wat wel bekend is, is dat het een oude, Romeinse naam is.
Andere namen die veel voorkwamen
Buiten de top drie werden vroeger een aantal andere namen vaak gegeven aan jongens in Nederland. Zo waren dus niet alleen Johannes, Jan en Cornelis populair, maar bijvoorbeeld ook Hendrik, Petrus, Antonius, Gerrit, Willem, Pieter, Robert en Frans. Die laatste is afgeleid van Franciscus en betekent - hoe kan het ook anders - ‘Fransman’.
