Aquaplaning: dit kun je doen als je ermee te maken krijgt

Aquaplaning ontstaat wanneer water op de weg blijft liggen en je auto plotseling grip verliest, bijvoorbeeld als je na een zware regenbui door een grote plas rijdt. Volgens de ANWB kunnen je banden het water dan niet snel genoeg afvoeren door de groeven, waardoor een dunne laag water ontstaat tussen je wielen en het wegdek. Door het water verlies je contact met het asfalt en heb je tijdelijk geen controle over het voertuig.

Wat doe je bij aquaplaning?

Krijg je te maken met aquaplaning? Dan is het - hoe lastig ook - vooral belangrijk om niet in paniek te raken, niet te remmen en niet extreem terug te sturen. Komen je banden los van het asfalt, dan laat je geleidelijk het gaspedaal los. Bij een schakelauto trap je de koppeling in en houd je het stuur recht. Je wielen gaan dan namelijk rollen en daardoor krijg je sneller grip. Begint de auto toch te slippen? Blijf alert en stuur naar de richting die je op wilt. Bij een automaat kun je de auto in neutraal zetten of, als je tijdens het slippen liever beide handen aan het stuur houdt, het gas loslaten, aldus PlusOnline.

Aquaplaning voorkomen

Nog beter dan weten wat je moet doen tijdens aquaplaning, is het voorkomen ervan. Snelheid is de belangrijkste oorzaak van aquaplaning. Pas je snelheid daarom aan bij zware regenval. Probeer bij spoorvorming niet in de sporen te rijden, er ligt dan meer water op de weg. Vanaf welke snelheid banden gaan aquaplanen, hangt af van de profieldiepte van je banden en de hoeveelheid water op de weg. Een simpele vuistregel: hoe meer water op de weg, hoe minder restprofiel in de banden, des te sneller je het contact met de weg verliest, aldus Autoweek.

Tips voor aquaplaning

• Pas je snelheid aan. Slecht weer? Verminder je snelheid en vergroot de afstand op je voorganger. Als je langzamer rijdt, kunnen je banden meer water verwerken. Daarnaast heb je meer ruimte en tijd om je auto weer onder controle te krijgen, mocht het misgaan, zegt Autoverzekering.nl.
• Zorg voor de juiste profieldiepte. Verkeerde banden zijn vaak een oorzaak van aquaplaning. De wettelijke minimum profieldiepte voor zomerbanden is 1,6 millimeter. Toch wordt aangeraden om je banden al te vervangen wanneer het profiel minder dan 2 tot 3 millimeter diep is.
  
• Controleer de bandenspanning. Bij de juiste bandenspanning is het oppervlak dat contact met de weg heeft kleiner. Hierdoor wordt het gewicht van de auto verspreid over een kleiner oppervlakte, wat de kans op aquaplaning verkleint.
• Let op de dikte van je banden. Dikke banden moeten meer water afvoeren dan dunnere banden. Een deel van het water wordt via de zijkanten afgevoerd, de rest door het profiel. Dunnere banden hebben minder kans op aquaplaning, omdat deze meer door het water heen ‘snijden’.