Wat is ablatie? Dit wil je weten over deze behandeling van hartritmestoornissen
In 2021 hadden 221.700 vrouwen last van een hartritmestoornis. Bij zo’n hartritmestoornis slaat je hart te langzaam of juist te snel. Daarnaast kan je hart ook onregelmatig slaan. Er zijn verschillende behandelingen mogelijk bij hartritmestoornissen, waaronder ablatie. Dit wil je weten over deze behandelmethode.
Bij hartritmestoornissen klopt je hart op een andere manier dan normaal. Het ritme is afwijkend: te snel, te langzaam of onregelmatig. Dit kan af en toe voorkomen, maar in dat geval hoef je je niet meteen zorgen te maken. Als je hart anders klopt op momenten waarop je het niet verwacht, bijvoorbeeld heel snel terwijl je rustig zit, kan er sprake zijn van een ritmestoornis.
Wat is ablatie?
Bij hartritmestoornissen is de elektrische aansturing van het orgaan verstoord. Hierdoor ontstaan prikkels op de verkeerde plekken. Ook kunnen die prikkels de verkeerde route over het hart volgen. Dat is waar de behandeling ablatie in het spel komt. Als een arts dit doet, zal hij het hartweefsel beschadigen. Dit gebeurt niet zomaar, maar juist op de plekken waar de prikkels langskomen. UMC Utrecht legt uit hoe dit in zijn werk gaat: met een speciale katheter wordt een stukje van het hartweefsel verhit of bevroren. Hierdoor ontstaan littekens en kunnen de elektrische prikkels deze weg niet meer volgen.
Wanneer kom je in aanmerking voor ablatie?
Ablatie wordt niet zomaar en ook niet bij iedereen uitgevoerd. Je moet in aanmerking komen voor de behandeling. Dit is het geval als patiënten met hartritmestoornissen veel klachten hebben of de hartritmestoornis ernstige gevolgen kan hebben. Ook als andere behandelingen niet het gewenste of onvoldoende resultaat geven of medicijnen niet helpen of vervelende bijwerkingen geven, kan ablatie volgens de Hartstichting toegepast worden.
De behandeling
Tijdens de ablatie maakt een arts littekens. Dit kan op twee manieren: door te verhitten met radiofrequente energie (RF-ablatie) of door te bevriezen (cryo-ablatie). Deze littekens worden gemaakt met katheters (slangetjes). Deze bevatten een elektrode die door de bloedvaten naar je hart gaan. Zodra in kaart is gebracht waar de ritmestoornis zich precies bevindt, begint de cardioloog met de behandeling. Omdat het gaat om een operatie die heel precies uitgevoerd moet worden, kan deze lang duren, meestal zo’n twee tot vier uur. Tijdens de behandeling kun je een warm of branderig gevoel ervaren, en soms ook pijn. Zodra je merkt dat het pijnlijk is, is het belangrijk om dit aan te geven, zodat je iets kunt krijgen tegen deze pijn.
Om te testen of de hartritmestoornis na de ablatie weg is, wordt een test gedaan. Met medicijnen wordt een hartritmestoornis opgewekt, iets wat vervelend en onprettig kan zijn. Is de hartritmestoornis inderdaad weg? Dan mag je waarschijnlijk de volgende dag weer naar huis. Wel moet je rustig aan doen vanwege de wond. Goed om te weten: na de behandeling kun je in de eerste paar maanden nog ritmestoornissen voelen. De wondjes moeten dan echte littekens worden en geen prikkels meer geleiden. Je mag dus waarschijnlijk niet meteen stoppen met medicatie.
Wat zijn de risico’s van ablatie?
Volgens de Hartstichting is katheterablatie een veilige ingreep. De cardioloog gebruikt röntgenstraling, maar een lage dosis. Deze heeft (vrijwel) geen schadelijke gevolgen. Risico’s die bij ablatie komen kijken, zijn met name degene die samenhangen met katheterisatie. Dat zijn de volgende:
- Bloedstolsels die losschieten, met het risico op een beroerte
- Het ontstaan van een ritmestoornis
- Een bloeding op de plek waar de ader aangeprikt is
Toch zijn er ook risico’s die specifiek zijn voor ablatie. Zo kan een gaatje in het hart ontstaan, waardoor een bloeding in het hartzakje optreedt. Maar volgens de Hartstichting komt dit in slechts één procent van de gevallen voor. Daarnaast kan ook de AV-knoop beschadigd raken, al is de kans hierop heel klein. Deze knoop bevindt zich tussen de boezem en hartkamer en verspreidt de prikkels die binnenkomen over de hartkamers.