Margriet logo
Waarom praten over je psychische gezondheid zo belangrijk is Beeld Getty Images/iStockphoto
Beeld Getty Images/iStockphoto

PREMIUM

Waarom praten over je psychische gezondheid zo belangrijk is

Steeds meer bekende én onbekende mensen zijn openhartig over hun psychische problemen. Via social media delen ze momenten van geestelijke nood met miljoenen volgers. Maar heeft onze vriendin, broer of buurvrouw psychische problemen, dan vragen we zelden hoe het met hen gaat. Is dat niet gek?

Bijna één op de twee Nederlanders krijgt zelf, of bij een naaste, ooit te maken met een psychische aandoening. Dat kan een depressie of burn-out zijn, maar ook een angststoornis, eetstoornis, middelenstoornis (verslaving), borderlinesyndroom of psychosegevoeligheid. Onderzoek laat zien dat mensen in de omgeving van iemand met een psychische aandoening wel het gesprek aan willen gaan, maar vaak niet weten hoe.

Burn-out én depressie

Met een mand vol inpakpapier, chocoladesinten en een voetbal van marsepein staat Inger Boxsem in de kassarij van de Hema. Het is 4 december en ze heeft, heel verstandig vindt ze zelf, twee dagen vrij genomen om Sinterklaas voor te bereiden. Maar op dat moment, in die rij, ontstaat er kortsluiting in haar hersenen. Ze krijgt een paniekaanval die nog maanden zal duren. Ze realiseert zich ineens dat ze onmogelijk alle cadeautjes op tijd gekocht krijgt, om het over gedichten schrijven maar niet te hebben. Die constatering brengt haar onbedaarlijk aan het huilen, in de rij voor de kassa. Na zeven vrije dagen huilt ze nog steeds.

“Heb je geen burn-out?” vraagt een vriendin. Ze wijst op haar voorhoofd. Ingers burn-out (want dat is het) houdt haar twee jaar lang ziek thuis. Om uit te vinden hoe het allemaal zo is gekomen, ontwart ze de knopen in haar leven en volgt ze de draadjes terug. Dat gaat me niet nóg eens gebeuren, neemt ze zich voor. Maar acht jaar later vindt er nogmaals zo’n explosie van ongeluk plaats en deze keer is het écht mis. Ze krijgt een dubbele diagnose: burn-out én een zware depressie. Naast verbijstering over de situatie waarin ze is beland (ze wordt uiteindelijk opgenomen) en de koppige drift om niet kopje onder te gaan, is er ook dat gevoel van verlammende schaamte dat depressie met zich meebrengt.

Naar omstandigheden nogal slecht

Vele jaren later schrijft ze er een boek over. Naar omstandigheden nogal slecht heet het. Het heeft een open einde. Omdat het moment dat alles achter de rug was en de zon weer ging schijnen, maar niet kwam. “Depressie is een ziekte die heel erg moeilijk is uit te leggen. Maar erover praten helpt. In mijn boek heb ik veel opener en uitgebreider verteld wat er met me aan de hand was dan voorheen in gesprekken. Dat leverde niet alleen veel reacties op van lezers die zich daarin herkenden, zelfs mijn beste vrienden waren enorm geraakt. ‘Dat je ziek was wist ik, maar dat het zo veel impact heeft op je leven niet’, hoorde ik regelmatig. Dat heeft dus nieuwe gesprekken opgeleverd.”

Wie is Inger Boxsem?

Inger Boxsem werkte 25 jaar als redacteur voor onder anderen Sonja Barend en Pauw & Witteman. In haar boek Naar omstandigheden nogal slecht (uitgeverij Atlas-Contact) vertelt ze over haar ervaringen met burn-out en langdurige depressie. Haar zoektocht naar genezing voert langs schuld, schaamte, begrip en onbegrip. Ziet haar omgeving wel hoe ziek ze is? Telt ze nog mee zonder carrière? Wordt ze ooit nog beter? En: is zij nou gek of is de hele maatschappij doorgedraaid?

Doodeng

In de ruim vijftien jaar dat ze zich nu verdiept in het onderwerp, heeft Inger de discussie over psychische gezondheid langzaam zien veranderen. De berichtgeving in de media nam toe, er kwam een online platform over depressie, kranten schreven dossiers over burn-out en bij de verslaving of zelfmoord van beroemde mensen werd steeds vaker benoemd wat de achterliggende oorzaak was in plaats van hun dood simpelweg te wijten aan een overdosis. “Ik kan me niet herinneren dat het tien jaar geleden een gespreksonderwerp was, nu wel.”

Ze noemt de dood van acteurs Robin Williams en Philip Seymour Hoffman en van schrijver Joost Zwagerman. Het boek van Isa Hoes over Antonie Kamerling. En de openheid van koningin Máxima, toen haar zus overleed, door diens depressie en eetstoornis duidelijk te benoemen als ziekte. “Psychische aandoeningen worden nog heel vaak toegeschreven aan mensen zelf, aan hun onvermogen om dingen aan te gaan en mee te draaien in de maatschappij. Terwijl we het hebben over ziektes. Ik heb dat aan den lijve ervaren: er gebeurde iets in mijn hoofd waar ik geen enkele controle over had. Dat is doodeng.”

Hoe gaat het met ons?

Onze mentale gezondheid is nog nooit zo slecht geweest, aldus onderzoek van het CBS. In de eerste helft van 2021 was 15 procent van de bevolking van 12 jaar of ouder psychisch ongezond. Dit percentage is sinds 2001, het jaar waarin het CBS begon met de monitoring van de mentale gezondheid, niet zo hoog geweest. De mentale gezondheid is gemeten via een vragenlijst waarin wordt gevraagd naar vijf aspecten: somberheid, zenuwachtigheid, in de put zitten, rust en kalmte, en gelukkig zijn. Het aantal mensen dat zich somber en neerslachtig voelde en het aantal dat zichzelf als minder gelukkig beschreef nam toe dit jaar. Het aantal mensen dat zich kalm en rustig voelde nam juist af. De mentale gezondheid van jongvolwassenen (18 tot 25 jaar) was het laagst. Een kwart van hen gaf aan zich psychisch ongezond te voelen. Bron: CBS.nl

Praten over psychische gezondheid

Praten over je geestelijke gezondheid lijkt geen taboe meer te zijn. De motivatie van mensen die zich wél uitspreken? Het doorbreken van de stilte én het informeren aan lotgenoten. Want psychisch ziek zijn is vaak nog een eenzame aangelegenheid. Inger Boxsem merkte dat aan de reacties die ze op haar boek kreeg. “Wat me verbaasde was dat mensen die ik redelijk goed kende ineens hun verhaal met me deelden en vertelden dat ze vergelijkbare ervaringen hadden gehad. Ik hoorde allerlei voorvallen uit mijn familie die hierover gingen… Het is op z’n zachtst gezegd wel handig als je dat wat meer met elkaar deelt..”

Schaamte, het gevoel gefaald te hebben, het niet alwéér willen praten over je aandoening omdat je vrienden en familie er op een gegeven moment moedeloos van worden of omdat je zelf niet meer weet wat je erover moet zeggen: het speelt allemaal mee in de moeizame communicatie over mentale gezondheid.

Alleen voelen door psychische gezondheid

“Kwetsbare mensen kunnen zich ontzettend alleen voelen”, zegt ook Floortje Scheepers, hoogleraar innovatie in de GGZ en directeur van kenniscentrum Phrenos dat zich inzet voor persoonlijk herstel en maatschappelijke participatie van mensen met een langdurige psychische aandoening. “Ze hebben het idee dat ze hun problemen zelf moeten oplossen, terwijl steun uit de directe omgeving juist waardevol is.” Praten over ‘psychische ontregeling’, zoals Scheepers het noemt, levert veel op. Degene die er last van heeft krijgt een ander perspectief aangereikt en de gesprekspartner wordt zich bewust van zijn of haar eigen kwetsbaarheid. En dat is belangrijk, vindt ze. “We moeten psychische kwetsbaarheid als iets normaals gaan zien. Als je het moeilijk hebt, faal je niet. Het hoort bij het leven.”

Praten over mentale gezondheid helpt!

De drempel om het gesprek aan te gaan over de psychische gezondheid van een vriend(in) of bekende is groot. Zeven op de tien mensen hebben het idee dat vragen naar iemands psychische aandoening of klachten heel persoonlijk is. En vier op de tien mensen vinden psychische aandoeningen of klachten privé. Slechts een kwart verwacht dat een persoon met een psychische aandoening of klachten het fijn vindt om erover te praten. Het initiatief wordt daarmee vaak gelegd bij degene met een psychische aandoening of klachten. Terwijl praten juist een eerste stap kan zijn naar herstel en ervoor kan zorgen dat je klachten minder zwaar worden. Bron: motivaction.nl

Weinig investeringen in preventie

Experts zijn het erover eens dat er een wereld te winnen valt bij preventie. Maar daar investeren we nauwelijks in als samenleving. Het maatschappelijk belang van mentale gezondheid is nog niet breed doorgedrongen bij politici, verzekeraars, werkgevers en beleidsmakers en heeft ook nauwelijks tot actie geleid. Inger Boxsem: “Werkgevers moeten veel meer aandacht besteden aan hun werknemers en aan de werkdruk. En de geestelijke gezondheidszorg moet anders kijken naar dit soort problemen, ziektekostenverzekeraars voorop. Dat psychologische hulp niet meer wordt vergoed bij een arbeidsconflict, bij rouw of een echtscheiding is zó penny wise, pound foolish. Dat zijn dé ontwrichtende gebeurtenissen in een mensenleven. Als je die niet goed doorleeft, heeft dat later nog veel grotere gevolgen. Met een beetje hulp van een psycholoog zijn de meeste mensen met mentale gezondheidsproblemen alweer snel op de rit.”

Maar soms komt het niet goed. Of niet helemaal, zoals bij haarzelf. En ook daar moeten we als maatschappij beter mee omgaan. Om die reden noemt Inger Boxsem haar boek ook een pleidooi voor mislukking, een hart onder de riem voor al die mensen die niet (meer) mee kunnen komen. “De verantwoordelijkheid voor je gezondheid en je geluk wordt in onze maatschappij altijd bij het individu gelegd. En dat is fnuikend. In deze samenleving héb je niet alles onder controle. Het leven is heel ingewikkeld. Er gaat van alles mis. Het komt niet altijd goed en veel mensen moeten daar op een dagelijkse basis mee zien te dealen. Dat is ook een verhaal. Per saldo ben ik niet blij met wat me is overkomen. Ik wacht nog steeds op dat stralende inzicht, waarbij ik denk: o, maar dít was het doel van mijn depressie! Helaas, ik heb het nog niet gevonden.”

Beanca de GoedeGetty Images/iStockphoto

Op alle verhalen van Margriet rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@margriet.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden