Gezondheid
Angst voor openbare ruimtes: dit moet je weten over agorafobie
Vermijd je supermarkten en bioscopen, durf je niet met het openbaar vervoer en sta je niet graag in een menigte? Dan kan er sprake zijn van agorafobie: angst voor plekken waar je niet snel weg kunt of geen hulp krijgt wanneer je in paniek raakt. Dit moet je weten.
We zetten de symptomen, oorzaken en behandelingen van deze angststoornis op een rij.
Wat is agorafobie?
Van claustrofobie, de angst voor kleine ruimtes, heb je vast weleens gehoord. Agorafobie – ook wel pleinvrees of straatvrees genoemd - is wat anders: je mijdt bepaalde openbare plekken, omdat je er moeilijk weg kunt of omdat er geen hulp beschikbaar is als je een paniekaanval krijgt. Het gaat dus niet per se om kleine ruimten, zoals bij claustrofobie. Ongeveer 1 procent van de Nederlanders krijgt ooit in zijn leven agorafobie. Het betekent letterlijk ‘angst voor pleinen’, maar het gaat verder dan dat. Ook in supermarkten, bioscopen of lange rijen kan het zweet je uitbreken. Agorafobie komt meestal voor in combinatie met een paniekstoornis. Sommige mensen zijn zo bang voor een paniekaanval, dat ze openbare plekken – die zorgen voor paniek - het liefst vermijden en thuisblijven. Soms durven ze zelfs helemaal niet meer naar buiten. Een aantal situaties die mensen met agorafobie zoveel mogelijk uit de weg gaan, zijn:
- Reizen met het openbaar vervoer
- Open ruimtes, zoals een parkeerplaats of pleinen
- Gesloten ruimtes, zoals een bioscoop of supermarkt
- In een (lange) rij staan
- Alleen naar buiten gaan
Oorzaak en symptomen agorafobie
Er zijn vaak meerdere factoren die ervoor zorgen dat iemand agorafobie ontwikkelt. Stressvolle ontwikkelingen, zoals een scheiding van ouders, het overlijden van een dierbare, traumatische gebeurtenissen of een heftige paniekaanval, vergroten de kans op agorafobie. Ook genen spelen een rol: de angststoornis is voor 60 procent erfelijk. Als een van de ouders agorafobie heeft, is de kans groter dat een kind dit ook ontwikkelt. Naar openbare ruimtes gaan, kan bij mensen met agorafobie enorme angst, paniek en machteloosheid teweegbrengen. Vaak heeft de angststoornis invloed op dagelijkse activiteiten, zoals boodschappen doen of met vrienden afspreken. Een aantal veelvoorkomende symptomen bij agorafobie zijn:
- Het gevoel hebben dat je een plek moet verlaten
- Controleverlies
- Benauwdheid of druk op de borst
- Hartkloppingen
- Duizeligheid
- Hoofdpijn
- Trillen en/of zweten
- Gespannen zijn
Behandeling voor agorafobie
Bij sommige mensen met agorafobie heeft angst zo’n invloed op hun leven dat ze niet meer (alleen) over straat durven. Een derde is zelfs compleet afhankelijk van anderen. Soms kan dit leiden tot eenzaamheid en een depressie. Om agorafobie te behandelen, wordt meestal cognitieve gedragstherapie gebruikt, waarmee je gedrag leert veranderen door niet-helpende gedachten om te zetten in helpende gedachten. Met Exposure in vivo, een vorm van cognitieve gedragstherapie, worden mensen met agorafobie gestimuleerd om angstige situaties niet te vermijden, maar juist op te zoeken. Soms wordt therapie gecombineerd met medicijnen, zoals antidepressiva.