PREMIUM
Een goed gesprek voeren, hoe doe je dat eigenlijk?
In gesprekken zijn we vaak vooral met onszelf bezig, met wat wíj ergens van vinden. We ratelen soms dwars door anderen heen of geven advies op basis van onze eigen ervaringen. Maar een gesprek wordt pas echt interessant als je doorvraagt en écht luistert.
‘Je bent pas klaar voor een goed gesprek, als je bereid bent er als een veranderd mens uit te komen,’ zei de Britse conversatiefilosoof Theodore Zeldin. Dat soort gesprekken, die jou als mens veranderen en verrijken, zijn echter zeldzaam. We kletsen wat af, maar een goed gesprek waarin we écht contact met elkaar maken, hebben we niet vaak. We wauwelen over koetjes en kalfjes, wisselen anekdotes en ervaringen uit en proberen onze eigen overtuigingen te verdedigen. In plaats van bij het verhaal van de ander te blijven, zijn we vaak al bezig met wat wij straks willen zeggen, met óns verhaal: ‘Ik zie dat zo anders.’ ‘Ik heb dat ook meegemaakt.’ Hoe voer je nou eigenlijk een goed gesprek? Hoe kun je beter luisteren? En hoe snijd je lastige onderwerpen aan?
Nieuwe dingen ontdekken
“We helpen onszelf en anderen enorm door ons te trainen in het voeren van betere gesprekken,” zegt praktisch filosoof Elke Wiss die het boek Socrates op sneakers schreef. “De wereld heeft het nodig. Onze snelle maatschappij die neigt naar polarisatie heeft baat bij vertraging, oprechte nieuwsgierigheid en goede vragen.” En gesprekken met vrienden en familieleden knappen er ook enorm van op. Wiss: “Als je met je familie aan de keukentafel zit, wil je misschien weleens een interessanter gesprek voeren dan ‘Hoe gaat het op je werk?’ Gesprekken worden prettiger als je een nieuwsgierige houding ontwikkelt en andere vragen stelt. Je leert elkaar beter kennen, ontdekt nieuwe dingen over elkaar en komt tot verrassende inzichten.”
“Ik heb moeite om gesprekken te voeren met mensen die heel anders denken over bijvoorbeeld politiek, het milieuprobleem of vluchtelingen. Ik word al snel boos. Hoe kan ik hiermee omgaan?”
Als mensen er teksten uit flappen waar je van schrikt of die je verwerpelijk vindt, is het een natuurlijke reflex om boos te worden. Je wilt de ander corrigeren, bijsturen. Volgens Wiss kan het juist heel interessant zijn om met deze mensen in gesprek te gaan. “Die ander denkt zó anders dan jij, juist dáár is een wereld voor je te ontdekken.” Zelf geniet Wiss van dit soort gesprekken. “Zelfs mensen die onzin uitkramen, ongenuanceerd zijn en als het ware een allergische reactie bij mij oproepen, vind ik interessant om te bevragen en hún logica (die totaal niet de mijne is) te ontdekken. Door die mensen te bevragen krijg ik een bredere kijk op de rest van de wereld.” Als je die insteek neemt, wordt het al een stuk gemakkelijker, ook al ben je het er niet mee eens; zie het als een ontdekkingstocht, als kans om je eigen vraagvaardigheden te oefenen. Vraag door, probeer te ontrafelen waar iemands overtuigingen vandaan komen. Wiss: “Stel: iemand roept dat ‘alle buitenlanders het land uit moeten.’ Je zou hierop kunnen doorvragen. ‘Welke buitenlanders bedoel je precies? Allemaal of alleen een deel? Wat zijn de criteria voor ‘moeten het land uit’? Moeten ze iets hebben gedaan of is enkel het feit dat ze buitenlander zijn genoeg? En hoe zou je dat doen met je niet-Nederlandse vrienden?’ Door socratisch door te vragen, leer je niet alleen de ander beter kennen, je gesprekspartner kan ook nieuwe inzichten opdoen of wordt op z’n minst geconfronteerd met de grenzen van zijn of haar eigen uitspraken.”
“Met vriendinnen praat ik vaak over de alledaagse dingen. Ik zou het zo leuk vinden om wat meer verdiepende gesprekken met ze te voeren. Hoe pak ik dat aan?”
Een goede manier om gesprekken te verdiepen is door een socratische houding te ontwikkelen, genoemd naar de oud-Griekse filosoof Socrates. Dat betekent allereerst je eigen mening minder belangrijk maken, aldus praktisch filosoof Elke Wiss. “Volgens Socrates is ons eigen verhaal helemaal niet zo interessant: in het denken van de ander, dáár zijn spannende, verrijkende gesprekken te vinden.” Een van de belangrijkste onderdelen van een socratische houding is verwondering. “Dat betekent dat je erkent dat je iets niet weet. Je weet niet hoe de ander iets heeft ervaren, wat de ander denkt en voelt. En ook al heb jij ook een zeurende schoonmoeder, ook een hekel aan te laat komen en ben je ook bang voor je baas, de kans is heel groot dat je uiteindelijk, bij het inzoomen op de ervaring, niet precies hetzelfde dacht en voelde als je gesprekspartner. Vaak zijn we veel te snel met ‘weten hoe het zit’. Daarmee verlies je de interesse in de ander en zijn verhaal en vraag je niet verder vanuit het idee ‘dat het wel helder is allemaal’. Een vragende houding ontwikkel je volgens Wiss door jezelf te trainen in het ombuigen van oordelen naar nieuwsgierigheid. Je gaat dan automatisch beter luisteren en de verdiepende vragen borrelen vanzelf in je op. Maar mag je dan helemáál niks over jezelf vertellen? Zeker wel, zegt de populaire filosoof Alain de Botton, die zich net als Wiss verdiepte in hoe je een goed gesprek moet voeren en daarover schreef in zijn boek The course of love. Een vriendin is misschien ook nieuwsgierig hoe jij bepaalde dingen ervaart. Door eerlijk te zijn en je kwetsbaar op te stellen kun je een gesprek verdiepen. Kwetsbaarheid betekent niet hetzelfde als in huilen uitbarsten. Het is een houding waarbij je iets op het spel durft te zetten. Daarmee nodig je de ander uit om hetzelfde te doen. In de psychologie staat dat bekend als disclosure reciprocity-effect; als je iets kwetsbaars van jezelf deelt, doet de ander dat vaak ook.
“Op mijn werk ben ik het niet altijd eens met mensen die een hogere functie hebben. Hoe kan ik een goed gesprek voeren met een autoriteit? En hoe geef ik aan dat ik het ergens niet mee eens ben?”
Elke Wiss: “Dit is een lastige situatie, waar veel mensen tegenaan lopen. Ik denk dat een goed, kritisch gesprek een gelijkwaardig gesprek is. In zo’n gesprek kijk je elkaar recht in de ogen en staat de een niet boven de ander. Je gaat samen op onderzoek uit. Zodra je met een hiërarchie te maken hebt, klopt dat niet meer. Dat is ook de reden dat ik mensen die bij mij op cursus komen nooit vraag om te vertellen wat voor werk ze doen, omdat mensen de woorden van een directeur misschien onbewust zwaarder laten wegen dan de woorden van een timmerman.” Het blijft dus lastig om een gelijkwaardig gesprek te voeren met een autoriteit. Wat kan helpen is om een vraag in te kleden, aldus Wiss. “Je hoeft een vraag niet plompverloren over de schutting te smijten. Je kunt je vraag inleiden. Bijvoorbeeld zo: ‘Naar aanleiding van uw verhaal komt er een vraag in me op en ik twijfel of ik hem zal stellen.’ Of: ‘Ik merk dat ik het spannend vind om te zeggen, maar ik wil toch graag iets kwijt over het onderwerp. Vindt u dat goed?’ Kijk dan hoe de ander reageert. Als het goed is, zegt juist een autoriteit: ‘Zeker vertel, wat zit je dwars?’ Inkleden werkt goed, ook als je een vriend een confronterende vraag wilt stellen.”
“Ik vind het soms lastig om mijn aandacht erbij te houden tijdens een gesprek. Ik dwaal af naar mijn eigen ervaringen of laat iemand niet uitpraten. Hoe kan ik beter luisteren?”
Meer mensen hebben hier last van. Volgens praktisch filosoof Elke Wiss zijn we over het algemeen niet zulke goede luisteraars. “We luisteren vaak maar half of bedenken wat wij ervan vinden, hoe wij ons zouden gedragen in de situatie die de ander beschrijft.” Wiss noemt dat ‘wat vind ik ervan?’-luisteren. “Je bent niet bezig met het gevoel, de gedachten of ervaringen van de ander, maar met je eigen standpunt. Vragen die je vanuit dit perspectief stelt zijn vaak suggestief, sturend of veroordelend. Of je schiet in de reparatiereflex: ‘Je moet gewoon even die en die bellen.’ Of: ‘Heb je al geprobeerd om...’ De intentie is op zich niet verkeerd, maar het is wel egocentrisch: je bent vooral bezig met ‘fixen’ en niet met luisteren en doorvragen. Probeer met je aandacht bij het verhaal van de ander te blijven. Wiss noemt dat ‘wat bedoel jij precies?’-luisteren. “Als je vanuit deze intentie luistert, luister je nieuwsgierig, socratisch: je weet dat je iets niet weet. Je realiseert je dat de ervaringen van de ander niet per se de jouwe hoeven te zijn.” De vragen die je stelt staan dan in dienst van de verheldering en verdieping van het verhaal van de ander: “Wat bedoel je precies? Wat dacht je, wat voelde je? Je kruipt als het ware in het hoofd van de ander. En je bent geen seconde bezig met de ander overtuigen, raadgeven of bedenken wat je zelf zou hebben gedaan.” Goed luisteren vergt veel oefening, aldus Wiss. Maar het is een cadeau voor de ander. “Wetenschappers hebben ontdekt dat mensen die het gevoel hebben dat er naar ze wordt geluisterd zich vrijer voelen om hun gedachten uit te spreken en minder bang zijn om te worden afgewezen.”
Meer lezen?
Socrates op sneakers. Filosofische gids voor het stellen van goede vragen door Elke Wiss € 20,99 (Ambo|Anthos).
Dit artikel komt uit het Digitale Magazine van Margriet. Benieuwd wat er nog meer in staat? Klik hier.