PREMIUM
Barbara van Beukering en Milou Deelen: ‘We zijn er qua gelijkwaardigheid nog lang niet’
Op 8 maart is het Internationale Vrouwendag. Een dag waar Barbara van Beukering (56) en haar dochter Milou Deelen (27) jaarlijks bij stilstaan. “Er is nog een hoop werk aan de winkel.”
Over Barbara
Barbara van Beukering is journalist en auteur. Na de School voor de Journalistiek werkte zij voor verschillende televisieprogramma’s en stapte in 1997 over naar de tijdschriftjournalistiek. Barbara was onder meer hoofdredacteur van Volkskrant Magazine en Het Parool. Van haar hand verschenen de boeken Kruip nooit achter een geranium, Je kunt het maar één keer doen en 50 manieren om afscheid te nemen. Vorige maand verscheen Het jaar waarin ik mijn haar verloor. Barbara is getrouwd en heeft drie dochters, een stiefzoon en twee kleinkinderen.
Over Milou
Milou Deelen is de jongste dochter van Barbara. Milou is journalist, schrijver en activistisch feminist. Ze kreeg landelijke bekendheid toen ze met een video protesteerde tegen het seksistische slutshaming van het Groningse studentencorps Vindicat. Milou zet zich in voor seksuele gelijkheid en feminisme. Ze werkt voor verschillende media en schreef met Daan Borrel het boek Krabben: van vrouw tot vrouw, en als soloauteur: Hoe doen we het? over seksualiteit. Milou heeft een relatie.
Barbara: Blazer (Zara), top (Rails), pantalon (La Dress), pumps (Feraggio). Milou: Coltrui (Calvin Klein), broek (Another Label), loafers (Floris van Bommel).
Ons gesprek vindt plaats in een gemoedelijk bruin café in Friesland. De in Drachten geboren en getogen Barbara is na decennialang in Amsterdam te hebben gewoond met haar man teruggekeerd naar it Heitelân. Dochter Milou is vanuit de hoofdstad even overgewipt voor een familieweekend. Een mooie gelegenheid om ze samen te spreken over 8 maart: Internationale Vrouwendag. Een viering die Barbara in haar tijd als hoofdredacteur rond die datum steevast gebruikte voor de openingsfoto van Volkskrant Magazine. Met een lichte ‘maar,’ want: “Eerlijk gezegd dacht ik toen nog dat die dag hier niet meer nodig was en vooral belangrijk was voor vrouwen in landen waar vrouwenrechten niet of nauwelijks bestaan. Daar denk ik nu heel anders over.”
Milou: “8 maart moet zeker worden gevierd. Feminisme draait tegenwoordig niet meer alleen om vrouwenrechten – dus om je gender – maar ook om je positie in de maatschappij die mede wordt bepaald door je seksuele voorkeur, huidskleur en klasse. Er is een hoop werk aan de winkel en ik denk dat de noodzaak ervan in de afgelopen jaren steeds duidelijker is geworden, onder meer door MeToo en door de uitzending van BOOS over grensoverschrijdend gedrag. Op 8 maart geef ik altijd ergens een lezing, loop ik mee met de Women’s March en ga ik ’s avonds met een groep leuke vrouwen uit eten. Maar ik vind het ook een verdrietige dag door de confrontatie met waar wij als vrouwen staan.”
Hoe feministisch is jullie opvoeding geweest?
Barbara: “Mijn moeder werd geboren in 1941 en heeft de tweede feministische golf in de jaren zestig bewust meegemaakt. Het was de tijd van Dolle Mina. Zij had alleen niets met het activistische ervan, en de negatieve houding ten opzichte van mannen vond ze ook niet leuk. Maar geëmancipeerd was mijn moeder absoluut. Zij leefde haar leven als een autonome, aan haar man gelijkwaardige vrouw. Ze zat in Friesland in de gemeenteraad en in de Provinciale Staten en ze is burgemeester van Terschelling geweest. Waar zij haar geëmancipeerde levenshouding vandaan had, is mij een raadsel. Haar moeder was huisvrouw en vond een hoge opleiding voor haar drie dochters niet nodig. Gelukkig stimuleerde mijn grootvader, die onderwijzer was, haar om naar het gymnasium te gaan. Daarna studeerde ze Nederlands in Leiden. Mijn moeder ging ’s morgens fluitend naar haar werk en kwam fluitend terug. Door haar voorbeeld was een studie, werken en carrière maken voor mij een vanzelfsprekendheid.”
Heb je Milou vrijer opgevoed dan hoe je zelf bent opgevoed?
Barbara: “Dat wel. Ik heb een autoritaire opvoeding gehad met ouderwetse normen en waarden. Op tijd thuis, niet uitslapen, niet zeuren, er was weinig ruimte voor emotie. Toen mijn moeder ontdekte dat ik stiekem de pil bij het Rutgershuis had gehaald, was het huis te klein. Dat ‘niet zeuren’ heb ik overigens wel, zij het in veel mindere mate, overgebracht op mijn kinderen. Maar verder mochten hun vriendjes blijven slapen, ze mochten seks hebben als ze dat wilden en ik was ook niet streng met hoe laat ze thuis moesten komen.”
Milou: “Toen ik mijn eerste vriendje kreeg en nog helemaal niet met hem wilde seksen, vroeg mijn moeder: ‘Moet jij niet aan de pil?’ Ik dacht: huh? Mám! Maar toen ik het een paar maanden later wel wilde, was het gemakkelijk om erover te beginnen. Ook zei mijn moeder altijd: ‘Je moet alles in het leven zo veel mogelijk uitproberen, dan weet je wat je wel of niet fijn of lekker vindt. Dat geldt voor eten, maar ook voor seks.’ Dat de benaming ‘slet’ ronduit seksistisch is heb ik ook van huis uit meegekregen. Toch heb ik op de middelbare school ook weleens ge-‘slutshamed’ als een van m’n vriendinnen bijvoorbeeld seks had gehad met iemand die ze eigenlijk helemaal niet kende (slutshaming is het bestempelen van een meisje of vrouw als slet of hoer omwille van haar seksuele gedrag, red.). Kennelijk neem je toch de mores van je vriendinnengroep over. Maar tegen het eind van mijn tienerjaren kreeg ik daar heel andere ideeën over.”
Je ging in 2017 in Groningen Europese talen en culturen studeren, werd lid van studentencorps Vindicat en kreeg te maken met walgelijke teksten van je mannelijke medestudenten. Er werd gezegd dat je ‘het laagste meisje’ van het corps was en: ‘Milou kun je doen voor een pakje peuken en een Smirnoff.’ Heeft dat het feministische vuur doen ontbranden?
“Ja. Ik was negentien jaar en voor het eerst werd mij echt duidelijk dat meisjes ongelijkwaardig worden behandeld. Het was kennelijk normaal dat jonge vrouwen aan de lopende band voor slet werden uitgemaakt. Ik ging de discussie aan met die jongens, maar er werd nooit serieus op gereageerd. Het was meer: ‘Ah joh, het is nu eenmaal de cultuur, het is maar een grapje, laat toch gaan.’ Ik werd gewaarschuwd: ‘Je moet wel oppassen dat je niet laag wordt.’ ‘Laag’ bleek de corporale term voor hoer of slet te zijn. Ik had nog niet eens met iemand gezoend! En de mannelijke studenten moesten juist zo veel mogelijk seks hebben om erbij te horen. Dat lijkt mij trouwens ook geen pretje. De verkiezing van ‘het laagste meisje van het jaar’ was bij Vindicat een jaarlijkse traditie. Tientallen mannelijke studenten gaan dan op kamp en daar wordt besloten wie het is en wordt de ‘uitverkorene’ het onderwerp van een walgelijk lied. Dat werd ik dus. Ik schaamde me diep, het was zo vernederend! Iedereen had het erover. Mogelijk heeft meegespeeld dat ik toch al als ‘anders’ werd beschouwd omdat ik niet het stereotype corpsmeisje was. Toen werkelijk niemand voor me opkwam heb ik als noodkreet voor Internationale Vrouwendag een ‘Stop slutshaming’-video gemaakt en op Facebook gezet, met de slogan ‘Mijn seksualiteit is van mij.’ Die ging in no time compleet viraal en haalde de landelijke pers.”
Barbara: Jumpsuit (King Louie), pumps (Feraggio). Milou: Blouse (Silvian Heach), pantalon (Filippa K), schoenen (Royal RepubliQ).
Het had grote consequenties: je werd bedreigd, stopte noodgedwongen met je studie en verhuisde terug naar Amsterdam.
“Op Internationale Vrouwendag 2017 stond mijn video online en drie dagen later was mijn Groningse studentenleven voorbij. De situatie was onhoudbaar geworden. Vriendinnen die ik daar had gemaakt steunden mij niet, door mijn medestudenten werd ik uitgekotst en de bedreigingen begonnen. Ik besloot terug te gaan naar Amsterdam. Ik kon en wilde daar niet meer blijven.”
Barbara: “Dat vond ik heel erg. Milou had niks meer, geen huis, geen studie, en ze was in één klap haar vriendschappen kwijtgeraakt. Maar ze heeft een ongelooflijke dosis veerkracht. Milou kroop niet huilend in een hoekje, maar had in no time weer een kamer en een baantje in Amsterdam gevonden. Alle interviews die ze gaf over haar Vindicat-protest inspireerden haar om de journalistiek in te gaan. Dat was er al eerder bij een beroepskeuzetest uitgekomen, maar toen wilde ze niet. Stel je voor, hetzelfde doen als je moeder! Maar ze rolde er als vanzelf in en werkte heel snel voor Viva en voor online platform Vice. Ze begon een heel nieuw leven. Daarom is 8 maart voor Milou persoonlijk een extra bijzondere dag omdat haar leven toen een belangrijke wending heeft genomen.”
Milou: “Het Vindicat-verhaal heeft mijn leven inderdaad totaal veranderd. Ik bezocht feministische avonden en ging schrijven over zaken als straatintimidatie en seksueel overschrijdend gedrag. Het lijkt nu een succesverhaal en het heeft mij zeker veel gebracht, maar het is ook heel verdrietig geweest. Ik heb er wel een klap van gehad.”
Milou, ben jij op een andere manier feministisch dan je moeder?
Milou: “Mijn moeder is een heel feministisch mens met een zeer feministisch bestaan. Ik heb het natuurlijk niet van een vreemde! Maar ik ben activistischer. Ik organiseer van alles, loop mee in vrouwenmarsen en schrijf erover in de media.”
Barbara: “Als hoofdredacteur in een mannenwereld heb ik mij nooit door iets laten weerhouden. Of ik nou moest opkomen voor mijn rechten, mijn salaris of voor mijn positie als vrouw; ik heb me nooit ongelijkwaardig laten maken. Voor andere vrouwen heb ik mij ook ingezet; als er bijvoorbeeld bij Het Parool een chef-functie vrijkwam, benaderde ik geschikte vrouwen en voor de combinatie werk en moederschap gaf ik alle ruimte. In die zin heb ik mijn steentje bijgedragen. Maar ik sta niet zoals Milou op de barricaden.”
Hoe staat het volgens jullie met het imago van het feminisme anno 2023?
Barbara: “Nou… Als ik vrouwen hoor zeggen: ‘Ik ben geen feminist, hoor,’ denk ik: dan heb je toch echt niet goed zitten opletten. De afgelopen vijf jaar zijn de media totaal beheerst door het thema. We zijn er qua gelijkwaardigheid nog lang niet.”
Milou: “Ik gaf onlangs een lezing in een 6 vwo-klas in het oosten van het land. Daar walgden de leerlingen echt van het woord feminisme, omdat ze nog steeds aan het stereotype beeld van boze vrouwen in tuinbroek denken in plaats van aan gelijkwaardigheid. Ik word er niet moedeloos van, wel strijdlustig. Dat moet ook. Er is nog steeds veel huiselijk geweld, seksueel geweld, femicide, een loonkloof, een orgasmekloof, het zogenaamde schoonheidsideaal moet veel breder en diverser worden… Kortom; er valt nog heel veel te winnen. Het is fijn dat er steeds meer aandacht voor is. Maar als ik kijk naar landen als Iran, of naar Amerika waar in bepaalde staten het recht op abortus is teruggedraaid, maakt mij dat heel verdrietig. De opkomst van extreemrechts is ook zorgelijk, omdat zij tegen vrouwenrechten zijn.”
Barbara: “Ik vind het ook treurig dat er nog zo veel vrouwen in deeltijd werken. Het zit diep in onze cultuur verankerd, maar met het oog op de toekomst met die vergrijzing is het verontrustend omdat verschillende sectoren zuchten onder een dramatisch personeelstekort. Het zal voor vrouwen echt normaler moeten worden om meer te gaan werken om zo hun steentje aan de maatschappij bij te dragen…”
Milou: “… en dat mannen meer steentjes in het huishouden gaan bijdragen. Ik wil mijn werk in de mediawereld beslist blijven doen, maar het lijkt mij ook erg leuk om moeder te worden. Of ik altijd fulltime wil blijven werken, weet ik niet. Ik denk eigenlijk van wel.”
Barbara: “Ik blijf sowieso schrijven. Het lijkt mij zo’n gek idee om op een gegeven moment te zeggen: ‘Zo, vanaf nu ga ik niks doen.’ Wat moet je dan de hele dag? Wat ik nog wel wil benadrukken is dat alle drie mijn hardwerkende, feministische dochters echt mijn grote trots zijn. Milou en ik zijn, sinds zij ook in de journalistiek werkt, nog dichter naar elkaar toegegroeid. We hebben veel contact, bespreken ideeën met elkaar, praten over opdrachtgevers en vragen aan elkaar ‘lees jij dit even.’ Dat vind ik echt een cadeautje.”
Dit artikel komt uit de Digitale Editie van Margriet. Benieuwd wat er nog meer in de Digitale Margriet staat? Klik hier.