PREMIUM
De lekkerste kerstbaksels van Rutger van Heel Holland Bakt
Ben je dit jaar met kerst verantwoordelijk voor het toetje of de zoetigheid? Hoera, want tussen al het lekkers van Rutger van den Broek, dé thuisbakker van Nederland, zit zeker iets waar je enthousiast van wordt! De kerstkransjes bijvoorbeeld, of de chocoladetaart en de citroenkusjes.
Lekker(s) bakken met Rutger
Wie kent hem niet, de sympathieke winnaar van het eerste seizoen van Heel Holland bakt in 2013? Inmiddels is Rutger van den Broek elf heerlijk bakboeken, een mooie, succesvolle website met ruim een miljoen bezoekers en een live kinderbakshow in het theater verder.
Wat betekent Kerstmis voor jou en hoe en met wie vier je het?
“Voor mij is Kerstmis een familiefeest met warmte, gezelligheid en veel kaarsen en lichtjes. Ik ben dol op de sfeer. Kerstmis vier ik samen met mijn vriend en mijn familie. En ook al is mijn moeder er niet meer, zij is er in ons hoofd zeker bij. Natuurlijk wordt er lekker gekookt en gebakken, maar het gaat mij vooral om het samenzijn. Vorig jaar hebben we met zijn allen het kerstdiner gemaakt bij ons thuis. Daarbij vind ik dan het hele proces van samen bezig zijn met mooie ingrediënten en de geuren die door het huis trekken bijna nog belangrijker dan het resultaat. We doen tussendoor graag een spelletje of maken een wandeling.”
Wat bak je zelf het liefst voor de feestdagen?
“Tulband! Die mag echt niet ontbreken. Mijn vader bakte vroeger elk jaar tulband voor de hele familie, dus ik ben ermee opgegroeid. Ik heb zijn recept iets aangepast, zoals de toevoeging van amandelspijs aan het beslag, maar de basis is nog altijd hetzelfde. Wat ik ook echt kerstgebak vind, is een schuimtaart of schuimkrans. Ook een traditie bij ons thuis.”
Met wie zou je weleens samen willen bakken?
“Ik zou met koningin Máxima weleens haar lievelingskoekjes, alfajores, willen maken. En ik zou het heel tof vinden om een keer les te krijgen van de Franse toppatissier Cédric Grolet.”
Welke uitdaging op bakgebied wil je nog aangaan?
“Ik vind heel veel dingen leuk. Ik zou me wat meer willen verdiepen in de confiserie, zoals pâte de fruit (gesuikerde zachte fruitblokjes) en mooie zuurtjes. Werken met chocolade vind ik heel leuk om te doen en daarin valt nog heel veel te leren voor mij. Waar ik ook heel veel plezier in heb, is het ontwikkelen van hulpmiddelen bij het bakken. Ik heb samen met een bedrijf dat gietijzeren pannen en accessoires maakt anderhalf jaar gewerkt aan de broodbakbol, een unieke gietijzeren ‘pan’ waarmee je het proces van brood bakken in een bakkerij nabootst, met als resultaat een perfect gerezen brood met een knapperige korst.”
Kun je iets meer vertellen over je nieuwste boek, Toetjesbijbel?
“Samen met mijn uitgever bedacht ik Toetjesbijbel. Van oorsprong maakten bakkers naast taarten ook desserts zoals bavarois, pudding en ijs. Al deze gerechten vallen dus onder het bakkersvak. Ikzelf ben dol op toetjes omdat hun zoetheid de maaltijd echt afsluit. Als ik in een restaurant ga eten kijk ik, net als veel mensen doen, eerst naar de toetjeskaart. Dus deze bijbel moest er gewoon komen. Er staan ruim driehonderd zowel eenvoudige als uitgebreide desserts in en is voor iedereen toegankelijk. Dat vind ik erg belangrijk. Ik ben en blijf een thuisbakker, die naast mensen wil staan en ze wil inspireren om samen plezier te beleven in de keuken.”
De beste tips & tricks van Rutger
- Als je nog weinig bakervaring hebt, begin dan niet te moeilijk. Als je nog nooit taart hebt gebakken moet je niet meteen een ingewikkelde taart van drie lagen willen maken. Begin met een eenvoudige taart en als je de basis eenmaal onder de knie hebt, kun je met een gerust hart verder experimenteren.
- Om de feestdagen stressvrij in te gaan is het handig om een nieuw bakrecept al een keer van tevoren te testen. Zo weet je of de smaken naar je zin zijn, of je het echt wilt maken en het geeft zelfvertrouwen.
- Bakken is soms net scheikunde en dat vraagt om precisie. In tegenstelling tot koken kun je achteraf niet meer een snufje van het één of een schepje van het ander toevoegen, dus moet het goed zijn voor het de oven in gaat. Een digitale weegschaal (die tot op de gram nauwkeurig weegt) is dan onmisbaar. Trouwens ook heel handig om vocht af te meten, veel makkelijker dan een litermaat.
- Lees het recept goed door voor je gaat beginnen en weeg alle ingrediënten al zo veel mogelijk af. Zo kun je tijdens het bereiden in één keer door en weet je zeker dat je alles in de buurt hebt. Doordat je het recept eerst goed doorleest, kom je ook niet voor verrassingen te staan als dingen lang moeten rusten, rijzen of opstijven. Vergeet ook niet de oven op tijd voor te verwarmen.
- De eetlepel (el), theelepel (tl), ½ tl en ¼ tl komen regelmatig voor in de receptuur en zorgen ervoor dat je ingrediënten nauwkeurig kunt afmeten. Let goed op de maten: zo heeft een theelepel een inhoud van 5 milliliter (dit is meer dan een ‘gewone’ theelepel) en heeft een eetlepel een inhoud van 15 milliliter. Een maatlepelset koop je bij een kookwinkel en is superhandig om in huis te hebben.
- De oventemperaturen en baktijden zijn een indicatie en gebaseerd op de stand onder- en bovenwarmte. Omdat niet alle ovens hetzelfde zijn, is het soms nodig om de tijd of de temperatuur aan te passen. Leer je eigen oven kennen door met de baktijden en temperaturen te spelen. Pas bij het gebruik van een heteluchtoven eventueel de temperatuur aan. Moderne heteluchtovens komen qua temperatuur vaak overeen met conventionele ovens, maar als je merkt dat het bakproces toch te snel gaat, verlaag de temperatuur dan met 5 à 10 procent. Wil je zeker zijn van de temperatuur? Gebruik dan ter controle een losse oventhermometer.
- Zorg ervoor dat je baksel altijd in het midden van de oven staat, tenzij er iets anders in het recept staat. Bij koekjes plaats je de bakplaat dus in het midden. Bij een springvorm plaats je het rooster net iets onder het midden, zodat de springvorm in het midden van de oven staat.
Met onderstaand recept maak je zelf heerlijk vanille-extract dat je in veel recepten kunt gebruiken. Je kunt ook vanille-extract kopen, maar let er dan wel op dat het extract is en geen aroma (of essence). Bij het maken van vanillearoma, dat onder andere in de meeste vanillesuiker zit, wordt gebruikgemaakt van een smaakstof, die minder lekker is dan echte vanille. Door de alcohol kun je dit extract heel lang bewaren, dus maak vooral een flinke voorraad.
Recept: vanille-extract
(100 ml)
- 100 ml neutrale wodka
- 2-3 vanillestokjes
Doe de wodka in een klein flesje of schoon (jam)potje. Snijd de vanillestokjes in de lengte open en schraap het merg eruit. Doe het merg samen met de opengesneden stokjes bij de wodka. Schud het mengsel goed en zet het koel en donker weg. Schud het vanille-extract enkele keren per week en wacht minimaal 1 maand voor je het vanille-extract gaat gebruiken.
Recept: victoria sponge cake met stoofpeertjes
(10-12 punten)
Voor de vulling
- 8 à 10 stoofpeertjes (Gieser Wildeman)
- 450 ml rode wijn of rode port (of een combinatie van beide)
- 40 g bruine basterdsuiker
- 2 tl aardappelzetmeel
- 15 g boter, op kamertemperatuur
- ½ tl kaneel
Voor de sponge cake
- 225 g boter, op kamertemperatuur
- 225 g suiker
- 4 eieren, op kamertemperatuur
- 1 tl vanille-extract
- ¼ tl zout
- 225 g bloem
- 4 tl bakpoeder
Voor de slagroom
- 250 ml slagroom
- 30 g suiker
Verder nodig
- boter, om in te vetten
- poedersuiker, om te bestuiven
Begin de dag van tevoren met de stoofpeertjes. Schil en halveer ze, maar laat één mooi peertje heel en laat het steeltje eraan zitten. Verwijder de klokhuizen met de steeltjes en was de peren kort. Doe de peren in een pan. Giet er de wijn of de port bij tot ze net onder staan. Doe er de bruine basterdsuiker bij en breng het geheel met de deksel op de pan aan de kook. Als de peren koken, laat ze dan op een laag (sudder)pitje ± 2-3 uur stoven tot ze mooi donkerrood zijn en schep ze halverwege een keer om. Neem de peren als ze klaar zijn met een schuimspaan uit het vocht en leg ze in een schaal. Meng het aardappelzetmeel met 1 el koud water en roer dit tot een glad papje. Voeg dit aan het perenvocht toe en breng het aan de kook. Laat het onder voortdurend roeren 2 min. koken. Roer aan het eind de boter door de saus om deze extra romig en glanzend te maken. Snijd de halve peren eenmaal door zodat je kwarten hebt. Schenk de warme saus over de peren. Verdeel de kaneel over het geheel en laat alles afkoelen. Verwarm de oven voor op 180 °C. Vet twee ronde vormen van 20 cm doorsnede in en bekleed de bodems met bakpapier. Doe alle ingrediënten voor de sponge cake in een kom en meng deze met de mixer tot ze net gemengd zijn. Vooral niet te lang mixen: zodra het een homogene massa is, ben je klaar. Verdeel het beslag over de twee vormen en bak ze in 20-25 min. licht goudbruin. Prik tegen het einde van de baktijd met een satéprikker in de cakes. Als er geen beslag meer aan de prikker zit, zijn de cakes gaar. Stort beide op een rooster en laat deze afkoelen.
Als de cakes en peertjes goed zijn afgekoeld, kun je de taart opbouwen. Klop de slagroom met de suiker stijf. Verdeel de slagroom over een van de cakes. Beleg de slagroom met de stukken stoofpeer en de aanhangende saus. Plaats de tweede cake hierbovenop en knip uit karton de vorm van een peertje, met steeltje en een blad. Leg dit op de cake. Bestuif het geheel met poedersuiker. Neem het kartonnetje weg. Zet het ene heel gebleven peertje boven op de taart.
Bereidingstijd: ± 30 min. + ± 3 uur stoven peren + ± 25 min. oventijd + afkoelen peren en cakes
Tip van Rutger
Zowel de cakes als de stoofpeertjes kun je 2-3 dagen van tevoren maken. Bewaar de cakes luchtdicht verpakt op kamertemperatuur en de stoofpeertjes in de koelkast. Het lekkerst is de sponge cake als je deze vlak voor het serveren opbouwt.
Recept: citroenkusjes
(20-30 stuks)
Voor de meringue
- 3 eiwitten
- snuf zout
- 100 g fijne suiker
- 90 g poedersuiker
- paar druppels gele levensmiddelenkleurstof
Voor de citroenvulling
- 1½ blaadje gelatine
- 150 g suiker
- rasp van 1½ citroen
- sap van 3 citroenen (of 125 ml)
- 2 eieren
- 3 eierdooiers
- 175 g boter, op kamertemperatuur
Week voor de citroenvulling de blaadjes gelatine in koud water. Doe de suiker, de citroenrasp, het citroensap en de eieren in een steelpannetje en verwarm dit al roerende op een laag vuur. De vulling zal dikker worden, maar mag vooral niet koken. Mocht je een thermometer hebben, haal de vulling dan bij 85 °C van het vuur. Kijk anders goed wanneer de vulling dikker wordt en dreigt te gaan koken. Giet het citroenmengsel door een fijne zeef en roer de gelatine erdoor. Snijd de boter in kleine stukjes en roer deze door de vulling. Laat de vulling opstijven in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 100 °C. Zorg dat de kom en garde(s) die je gebruikt goed vetvrij zijn en dat er geen spoortje eigeel in de eiwitten zit. Doe voor de meringue de eiwitten met het zout in een kom en klop deze op. Voeg geleidelijk de fijne suiker en zoveel kleurstof tot de meringue een mooie gele kleur heeft. Klop tot het eiwit stijf is en de suiker is opgelost. Spatel tot slot de poedersuiker door de meringue.
Doe de meringue in een spuitzak met een spuitmond van ± 1½ cm doorsnede en spuit op een met bakpapier beklede bakplaat mooie toefjes. Laat de meringues 2 uur drogen in de oven. Zet aan het eind de oven uit, en laat deze dicht. Laat de schuimpjes afkoelen in de oven.
Klop de citroenvulling kort door. Verdeel deze met behulp van een spuitzak of lepel over de helft van de meringues en plak de andere helften er tegenaan. Vul de citroenkusjes niet te ver van tevoren omdat ze dan zacht zullen worden.
Bereidingstijd: ± 30 min. + ± 2 uur oventijd + afkoelen vulling
Tip van Rutger
Zowel de meringues als de vulling kun je van tevoren maken, maar het lekkerst zijn de kusjes wel als je ze vlak voor het serveren pas vult. Bewaar de meringues luchtdicht verpakt op kamertemperatuur, tot een week. De citroenvulling kun je 2-3 dagen van tevoren maken en in de koelkast bewaren.
Recept: kersttulband
(12-16 plakken)
Voor de vulling
- 125 gr tuttifrutti
- 75 gr blanke rozijnen
- 50 gr verse cranberry’s
- 80 ml cognac
Voor het beslag
- 250 g amandelspijs
- 200 g boter, op kamertemperatuur
- 125 g witte basterdsuiker
- ¼ tl zout
- 1 tl vanille-extract
- rasp van 1 citroen
- 4 eieren, op kamertemperatuur
- 200 g bloem
- 3½ tl bakpoeder
Verder nodig
- boter, om in te vetten
- paneermeel, om de vorm te bestrooien
- 2 el bloem
- 150 g poedersuiker
- 20 g amandelschaafsel
Begin de avond van tevoren met de vulling. Snijd de tuttifrutti in kleine stukjes en meng deze met de rozijnen, cranberry’s en cognac. Laat de vruchten een nacht wellen.
Verwarm de oven voor op 160 °C. Vet een tulbandvorm in met boter en bestrooi deze met paneermeel. Klop het overtollige paneermeel uit de vorm. Doe voor het beslag het amandelspijs, de boter, basterdsuiker, het zout, vanille-extract en de citroenrasp in een kom en klop het romig, dit duurt ± 5 min. Voeg de eieren één voor één toe en klop deze luchtig door het beslag. Meng de bloem en het bakpoeder in een andere kom en zeef in gedeeltes boven het beslag. Spatel de bloem er in delen voorzichtig door. Laat de gewelde vruchten even uitlekken in een zeef. Meng de nog vochtige vruchten met de 2 el extra bloem en schep ze daarna door het beslag. Doe het mengsel in de vorm en bak de tulband in 60-70 min. gaar. Prik aan het eind van de baktijd met een houten prikker in de tulband om te controleren of hij gaar is. Als er geen beslag aan de prikker zit, is de tulband gaar. Laat de tulband 10 min. in de vorm afkoelen en stort op een rooster. Laat de tulband afkoelen. Spreid het amandelschaafsel uit op een met bakpapier beklede bakplaat en rooster het in 6-8 min. goudbruin. Meng de poedersuiker met 1½ à 2 el water tot een glazuur. Verdeel het glazuur over de tulband en bestrooi met het geroosterde amandelschaafsel.
Bereidingstijd: 1 nacht wellen vulling + ± 30 min. + ± 70 min. oventijd + afkoelen
Tip van Rutger
De kersttulband kun je een kleine week bewaren op kamertemperatuur. Verpak de tulband luchtdicht, in bijvoorbeeld een plastic zak of plasticfolie, zodat de cake niet uitdroogt. Je kunt de tulband ook goed invriezen.
Recept: kerstkransjes
(60-80 koekjes)
Voor het deeg
- 200 g boter, op kamertemperatuur
- 160 g witte basterdsuiker
- rasp van ½ citroen
- ¼ tl zout
- 1 eierdooier, op kamertemperatuur
- 300 g bloem
- ½ tl baking soda
Verder nodig
- bloem, voor het werkblad
- 1 ei, losgeklopt
- 100 g amandelschaafsel
Doe de boter, basterdsuiker, het citroenrasp en het zout in een kom en meng door elkaar. Meng de eierdooier erdoor en voeg tot slot de bloem en baking soda toe. Kneed alles tot een deeg, verpak het in plasticfolie en laat het minimaal 1 uur rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 170 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier. Kneed het deeg kort door en rol het op een licht bebloemd werkblad uit tot een dikte van 4 mm. Steek met een kerstkransjesuitsteker (of twee ronde uitstekers, waarbij je een kleinere gebruikt om het midden uit te steken) kransjes uit het deeg. Het deeg dat overblijft kun je opnieuw uitrollen. Leg de kransjes op de bakplaat, bestrijk ze met ei en bestrooi ze met amandelschaafsel. Bak de koekjes in 13-16 min. tot ze licht goudbruin zijn. Laat ze afkoelen op een rooster.
Bereidingstijd: ± 30 min. + 1 uur rusten + ± 16 min. oventijd
Tip: in plaats van amandelschaafsel kun je de kransjes ook bestrooien met grove suiker of fijne parelsuiker.
Tip van Rutger
Het deeg voor de kerstkransjes kun je in de koelkast 2-3 dagen bewaren of 2-3 maanden in de vriezer. Bewaar de gebakken kransjes luchtdicht verpakt en je kunt ze prima 2-3 weken bewaren.
Recept: kerststol
(15-20 sneden)
Voor het deeg
- 500 g bloem
- 12 g zout
- 14 g gedroogde gist
- 1 ei, op kamertemperatuur
- 125 g boter, op kamertemperatuur
- 185 ml melk, lauw
- rasp van 1 citroen
- 1½ tl speculaaskruiden
- 30 g witte basterdsuiker
Voor de vulling
- 100 g gedroogde abrikozen, in stukjes
- 200 g blanke rozijnen
- 200 g donkere rozijnen
- 80 ml rum
- 50 g blanke amandelen
- 50 g blanke hazelnoten
- 200 g amandelspijs
Verder nodig
- 50 gr boter, gesmolten
- poedersuiker, om te bestuiven
Begin de avond van tevoren met dit recept. Doe voor het deeg de abrikozenstukjes samen met de blanke en de donkere rozijnen in een kom en laat deze 1 nacht wellen in de rum. Verwarm de oven voor op 200 °C. Leg de amandelen en hazelnoten op een met bakpapier beklede bakplaat en rooster ze op 200 °C in 6-7 min. goudbruin in de oven. Laat ze afkoelen en hak ze grof. Meng voor het deeg alle ingrediënten met elkaar en kneed daar een soepel geheel van. Voeg aan het eind van de kneedtijd de gewelde vruchten en gehakte noten aan het deeg toe en laat het 1 uur op een warme plek rijzen. Meng intussen het amandelspijs met 1 à 2 el water om het iets smeuïger te maken. Maak van het amandelspijs een rol van ± 30 cm lang. Rol het deeg uit tot een ovale vorm van ± 40 cm in de lengte en leg de rol amandelspijs er in de lengte op. Sla één kant van het deeg over het amandelspijs zodat er een stol ontstaat. Leg de stol op een met bakpapier beklede bakplaat. Zet op een warme plaats en laat nog 1 uur rijzen. Bak de stol in de oven op 200 °C in 35-45 min. goudbruin. Laat de stol afkoelen. Bestrijk de bovenkant met de gesmolten boter en bestuif royaal met poedersuiker.
Bereidingstijd: 1 nacht wellen rozijnen + ± 30 min. + ± 2 uur rijzen + ± 55 min. oventijd + afkoelen
Tip van Rutger
Versgebakken is de kerststol het allerlekkerst. Na 2-3 dagen wordt de stol iets droger en taaier. De stol is heel geschikt om (in plakjes gesneden) in te vriezen. Is de kerststol toch oud geworden? Maak er dan wentelteefjes (perfect kerstdessert) of broodpudding van.
Recept: winterbuns met cranberry’s
(12 stuks)
Voor het deeg
- 500 g bloem
- 40 g witte basterdsuiker
- 10 g zout
- 60 g boter, op kamertemperatuur
- 250 ml melk, lauwwarm
- 1 ei, op kamertemperatuur
- 10 g gedroogde gist
Voor de vulling
- 125 g bruine basterdsuiker
- 1½ el kaneel
- rasp van ½ citroen
- 50 g boter, gesmolten
- 75 g donkere rozijnen
- 75 g gedroogde cranberry’s
Voor het glazuur
- 100 g poedersuiker
Vet een rechthoekige bakvorm of braadslee van ± 25x35 cm in met boter en bekleed de binnenkant met bakpapier. Maak van de ingrediënten voor het deeg een soepel geheel en kneed het deeg minimaal 10 min. Laat het deeg afgedekt 1 uur rijzen op een warme plaats. Meng de bruine basterdsuiker samen met de kaneel en de citroenrasp. Kneed het deeg kort door en rol op een licht bebloemd werkblad uit tot een lap van ± 30x50 cm. Bestrijk het deeg met de gesmolten boter en strooi het suikermengsel eroverheen. Verdeel vervolgens de rozijnen en de cranberry’s over het deeg. Rol de lap op vanaf de lange zijde en snijd de rol in twaalf gelijke plakken. Leg de plakken in de vorm in drie rijen van vier. Laat deze op een warme plek nog ± 1 uur rijzen. Verwarm de oven voor op 200 °C en bak de broodjes in 23-28 min. gaar en goudbruin.
Meng de poedersuiker met 2 el water tot een glazuur en maak met behulp van een spuitzak of lepel strepen over de afgekoelde broodjes.
Bereidingstijd: ± 35 min. + ± 2 uur rijzen + afkoelen
Tip van Rutger
Versgebakken zijn deze broodjes het lekkerst, eet ze daarom op de dag van het bakken of de dag erna. Wil je ze langer bewaren, vries ze dan direct na het afkoelen in.
Recept: gingerbread koekemannetjes
(30-40 stuks)
Voor het deeg
- 120 g boter, op kamertemperatuur
- 120 g lichtbruine basterdsuiker
- 50 ml golden syrup of honing
- 2 tl gemberpoeder
- ½ tl kaneelpoeder
- snuf gemalen nootmuskaat
- ¼ tl zout
- 1 ei, op kamertemperatuur
- 300 g bloem
- ¼ tl baking soda
Voor de royal icing
- 200 g poedersuiker
- 1 eiwit of 30 g gepasteuriseerd eiwit of 5 g eiwitpoeder gemengd met 30 ml water
Verder nodig
- bloem, voor het werkblad
Doe voor het deeg de boter, basterdsuiker, golden syrup, het gemberpoeder, kaneelpoeder, de nootmuskaat en het zout in een kom en meng door elkaar. Meng het ei erdoor en voeg tot slot de bloem en baking soda toe. Kneed het tot een deeg, verpak het in plasticfolie en laat het minimaal 1 uur rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 170 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier. Kneed het deeg kort door en rol het vervolgens op een licht bebloemd werkblad uit tot een dikte van ± 4 mm. Steek of snijd er koekemannetjes uit en leg ze op de bakplaat. Het deeg dat overblijft kun je opnieuw uitrollen. Bak de koekjes in 14-19 min. gaar en laat ze afkoelen op een rooster.
Zeef intussen voor de royal icing de poedersuiker en meng deze in een kom met het eiwit. Klop tot je puntjes kunt maken door een spatel in het mengsel omhoog te trekken. Je kunt de icing verdunnen door druppelsgewijs water toe te voegen. Vul een ziplockzakje of wegwerpspuitzakje met de icing. Knip er dan een klein puntje af en versier de koekjes naar eigen idee.
Bereidingstijd: ± 40 min. + ± 1 uur rusten deeg + ± 20 min. oventijd + afkoelen
Tip van Rutger
Het deeg voor de koekemannetjes kun je in de koelkast 2-3 dagen bewaren, of 2-3 maanden in de vriezer. Bewaar de gebakken mannetjes luchtdicht verpakt en je kunt ze prima 2-3 weken bewaren.
Recept: smeuïge chocoladetaart
(12-16 punten)
Voor het beslag
- 325 g pure chocolade
- 250 g boter
- 160 g suiker
- 5 eieren
- ¼ tl zout
- 1 tl vanille-extract
- 80 g bloem
Verder nodig
- boter, om in te vetten
- cacaopoeder, om te bestuiven
Verwarm de oven voor op 180 °C. Bekleed de bodem van een springvorm van 24 cm doorsnede met bakpapier en vet de zijkanten van de vorm in met boter. Doe de chocolade samen met de boter in een steelpan en zet deze op laag vuur. Verwarm de chocolade en boter al roerend tot beide gesmolten zijn. Haal de pan daarna van het vuur. Eventueel kun je de boter en chocolade ook in de magnetron smelten. Meng in een kom de suiker, eieren, het zout en vanille-extract. Voeg het gesmolten chocolademengsel hieraan toe en meng dit erdoor. Spatel als laatste de bloem door het beslag. Giet het beslag in de taartvorm en bak deze 20-30 min. De taart lijkt dan nog niet helemaal gaar, maar maak je geen zorgen. Tijdens het afkoelen zal de taart opstijven, terwijl het midden lekker smeuïg blijft. Serveer de taart pas als deze helemaal is afgekoeld en bestuif hem voor het serveren licht met cacaopoeder.
Bereidingstijd: ± 20 min. + ± 30 min. oventijd + afkoelen
Tip van Rutger
Deze taart is het lekkerst na een nacht afkoelen, begin er dus op tijd mee. De taart is 4-5 dagen te bewaren in de koelkast of 2-3 maanden in de vriezer. Laat de taart wel goed op kamertemperatuur komen voordat je ’m serveert.
Recept: opgerolde cake met kersen en witte chocolade
(10-14 stukken)
Voor de witte-chocoladeslagroom
- 200 ml slagroom
- 125 g witte chocolade, grof gehakt
Voor het beslag
- 3 eieren
- ¼ tl zout
- 95 g suiker
- 1 tl vanille-extract
- 95 g bloem
- 25 ml water
Verder nodig
- boter, om in te vetten
- 30 g suiker
- 200 g kersenjam
- 50 g witte chocolade, gesmolten
Begin met de wittechocoladeslagroom een dag van tevoren. Breng de slagroom in een steelpannetje aan de kook. Giet de hete room over de gehakte witte chocolade en roer het geheel goed door totdat alle chocolade is gesmolten. Dek de chocoladeroom af en laat deze afkoelen in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 200 °C. Vet een diepe bakplaat van 25x35 cm in en bekleed deze met bakpapier. Vet ook het bakpapier in. Doe voor het beslag de eieren met het zout, de suiker en het vanille-extract in een kom. Klop dit ± 6 min., tot het mengsel als een wit lint van de gardes af loopt. Zeef de bloem in delen boven het schuimige eimengsel en spatel dit door het beslag. Spatel als laatste het water erdoorheen. Probeer het mengsel zo luchtig mogelijk te houden. Giet het beslag uit over de bakplaat en strijk het glad. Bak de cake in 9-12 min. lichtbruin en gaar.
Leg intussen een schone theedoek op het aanrecht en bestrooi deze met de 30 g extra suiker. Stort de cake direct uit de oven op de theedoek en verwijder het bakpapier. Rol de cake samen met de theedoek vanaf de lange zijde op. Laat de cake zo afkoelen. Bedek het werkblad met twee banen plasticfolie. Rol de cake weer terug uit en leg hem (zonder theedoek) op het plasticfolie.
Klop de wittechocoladeslagroom stijf op. Bestrijk de cake met de jam en vervolgens met de chocoladeslagroom. Rol de cake op. Gebruik daarna het plasticfolie als hulpmiddel om van de cake een strakke rol te maken. Als de cake goed is opgerold, kun je het plasticfolie aandraaien als een toffeewikkel. Leg de rol in de koelkast om op te laten stijven. Verwijder het plasticfolie en snijd de uiteinden van de cake mooi bij. Besprenkel de opgerolde cake met de gesmolten witte chocolade.
Bereidingstijd: ± 35 min. + ± 12 min. oventijd + afkoelen
Variatietip: in plaats van kersenjam kun je ook frambozen- of viervruchtenjam gebruiken.
Tip van Rutger
De opgerolde en gevulde cake kun je 2-3 dagen bewaren in de koelkast, maar vers gevuld is-ie het allerlekkerst.