PREMIUM
Voor de klas op je zestigste: ‘Ik ben schuldig aan deadnamen en misgenderen’
Alexandra Fielding staat elke dag weer voor een nieuwe verrassing als docent. Deze keer wordt ze op haar plek gezet door twee leerlingen, die haar wijzen op deadnaming en misgendering.
Na de les staan ze voor mijn bureau. De een kijkt me vanachter signatuur brillenglazen indringend aan en zwijgt. De ander zwijgt eveneens en is er duidelijk bij voor de ondersteuning. Samen staan we sterk. Wat nu? Ik voel me ongemakkelijk. Dan komt het hoge woord eruit.
‘Mevrouw, zou u voortaan *een onverstaanbaar weggemoffeld woord volgt* willen zeggen?’
‘Zeg dat nog eens, ik verstond je niet goed. Waar gaat het over?’
‘Kunt u voortaan iets anders zeggen?’
‘Iets anders zeggen? Wat bedoel je?’
‘Nou, gewoon iets anders dan hij of zij, of dames of heren, bijvoorbeeld men of jullie.’
Aanspreekvormen
Ik had iets verkeerd gedaan, ongewild uiteraard, maar toch. ‘Maar natuurlijk’, haastte ik me te zeggen. Na wat moeizaam doorvragen begreep ik dat mijn ingesleten aanspreekvorm ‘dames en heren’, ‘ jongens en meisjes’ of ‘dames’, voor deze twee kwetsend is en geen recht doet aan hun sekse. De een was noch het een of het ander en eigenlijk alles, de ander was in transitie.
Goed. Liever dus men of jullie gebruiken, en, zo wisten ze ook nog te vertellen, in Engeland gebruikten ze al veel langer het woord they. Twee dagen na de dood van popicoon David Bowie ingevoerd in 2015. En laat ik nou toevallig niet lang voor dit gesprekje de fantastische documentaire over deze veelzijdige performer gezien hebben, waarbij ik me met terugwerkende kracht weer verwonderde over zijn verschijning van ‘alles’. Als er een voorloper was in het variëren met gender en het openlijk spelen met seksuele identiteit en androgynie, was hij het. Maar dat was in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw.
Deadnamen en misgenderen
Op school heeft elke dag verrassingen in petto. Dat bleek maar weer eens. Wie had kunnen denken dat ik me schuldig had gemaakt aan deadnamen en misgenderen. Ik moet mijn ingebakken taalgebruik met betrekking tot mannelijke en vrouwelijke woordvormen transformeren. Of misschien beter: variëren. Dat gaat natuurlijk niet van de een op de andere dag. Maar deze twee leerlingen, en er zijn er meer bij ons op school, vragen toch dat ik mijn communicatie uitbreid met genderinclusieve taal. En wel meteen.
Misgenderen is het (on)opzettelijk verwijzen naar, of aanspreken van een transgender persoon met een voornaamwoord (hij/zij/die/hem/haar/hen) of aanspreekvorm (meneer, mevrouw, gast, juffrouw, …) die niet overeenstemt met de genderidentiteit van de persoon. Bijvoorbeeld, verwijzen naar een trans vrouw als ‘hij’ of haar een ‘man’ noemen, is misgendering.
Deadnamen is het (on)opzettelijk verwijzen naar of aanspreken van een transgender persoon met de oude geboortenaam, of de naam die de persoon gebruikte voordat die naam bewust veranderd werd.
Genderneutraal
Nu was het vorige week Intersex Awareness Day of De dag van interseksualiteit. Op deze dag is er aandacht voor intersekse personen, zo is te lezen op de website transgenderinfo.be. Zowel voor hun rechten als voor hun leefsituatie. Er blijkt nog veel onbekendheid te zijn rondom dit thema en de weg naar sociale acceptatie van intersekse personen is niet makkelijk. Ook in het onderwijs speelt het meer en meer. Een op de drie mensen weten niet wat het is. Het doorbreken van ‘hokjes-denken’ zou kunnen helpen de acceptatie te vergroten. Taal kan dat emancipatieproces helpen en als neerlandica wil ik natuurlijk meer weten over die genderinclusieve taal. Taal is immers voortdurend in beweging. Traag maar gestaag.
Men of jullie dus. Genderneutrale persoonlijk voornaamwoorden, maar er is meer. Want op diezelfde website trof ik een voor mij verrassende pagina aan over schrijftips voor journalisten en het belang van genderinclusief schrijven.
Zo stellen de schrijvers dat door genderinclusieve taal te gebruiken, individuen sterker worden en belangrijke kwesties zichtbaar. Correct en respectvol taalgebruik is van belang voor de emancipatie van de lhbtiq+-gemeenschap. Schrijf bijvoorbeeld transgender of trans alleen als bijvoeglijk naamwoord en niet als zelfstandig naamwoord. En, zo is een van de tips, gebruik de juiste voornaamwoorden. Die leerlingen van mij hadden mij daar dus al fijntjes op gewezen.
Sponzen
Dan nog dit: een van de dingen waar je je van bewust moet zijn als docent – en ik bedoel professioneel bewust – is dat je met jonge mensen werkt die als sponzen het leven opslurpen. In het voorbijgaan het liefst ook elkaar in hun emotioneel seksuele ontwikkeling. Die gretigheid wordt zeker niet altijd succesvol beloond, maar ook daar leren ze van. Hoop je. Een onderdeel van identiteitsontwikkeling is de sekserol en seksuele identiteit van de leerlingen. En gender. De culturele invulling van het geslachtsverschil. En die is heel divers. Ik begin maar eens met rekening houden met mijn ingebakken aanspreekvormen.
Over Alexandra Fielding
Alexandra Fielding (pseudoniem) studeerde Nederlands en werkte daarna decennialang als redacteur en bladenmaker. Op haar zestigste besloot ze een aanvullende studie pedagogiek te doen en behaalde haar eerste-graadsonderwijsbevoegdheid. Ze is nu docent Nederlands op een middelbare school. Ze woont met haar man en twee meerderjarige zonen in een provinciestad.