Waarom zestigplussers nu tóch een derde prik krijgen
Sinds oktober is het voor mensen met een ernstige afweerstoornis mogelijk om een derde prik van een coronavaccin te krijgen. De Gezondheidsraad voegt daar nu het advies aan toe om ook zestigplussers een derde prik te geven. Maar waarom is dat? En hoe zit het met je bescherming als je die boosterprik niet neemt?
We leggen je uit er tot nu toe bekend is over de derde prik voor zestigplussers.
Een derde prik voor zestigplussers
De Gezondheidsraad heeft dinsdag het advies gegeven om toch ook alle zestigplussers een derde prik te geven. Deze groep zou namelijk een iets minder hoge bescherming hebben na een dubbele vaccinatie. Daarnaast zouden er volgens de Gezondheidsraad ook aanwijzingen zijn dat de bescherming bij volledig gevaccineerden boven de 60 jaar na verloop van tijd afneemt. Dit geldt zowel voor de bescherming tegen een besmetting als een ernstig verloop van de ziekte. Om te voorkomen dat het aantal ernstig zieke ouderen opnieuw toeneemt, komt daarom ook voor deze groep een boosterprik beschikbaar.
Volgens de Gezondheidsraad is er geen aanleiding om andere groepen ook het boostervaccin te geven. Daar blijft de bescherming voldoende bij een volledige vaccinatie. Alleen de groep met een slecht functionerend immuunsysteem kan nu al een derde prik krijgen.
Een halve dosis
Voor de boosterprik zijn de vaccins van Pfizer en Moderna door het EMA goedgekeurd. De Gezondheidsraad raadt daarom aan om deze vaccins hiervoor te gebruiken, ook als iemand bij de eerder prikken een ander vaccin heeft gekregen. Daarnaast wordt een periode van zes maanden tussen de tweede en derde prik geadviseerd. Overigens is er bij Moderna slechts een halve dosis nodig als boosterprik.
Lees ook:
Tóch corona krijgen na dubbele vaccinatie, hoe kan dat?
Het verschil tussen een boosterprik en derde prik
Je hoort zowel de termen ‘boosterprik’ als ‘derde prik’ voorbijkomen. Volgens Rijksoverheid is een derde prik voor patiënten met een ernstige afweerstoornis echt onderdeel van de basisvaccinatie. Dat komt omdat een deel van de patiënten zonder die derde prik niet genoeg beschermd is, zoals andere mensen dat met een basisvaccinatie van één of twee prikken wel zijn. Toch kan het ook zijn dat bij sommige van deze patiënten zelfs een derde prik niet voldoende bescherming biedt. Met een boosterprik wordt volgens het RIVM een oppepper bedoeld, om de bescherming en immuniteit weer op peil te krijgen als deze na verloop van tijd is afgenomen. Bij het advies van de Gezondheidsraad voor zestigplussers gaat het dus eigenlijk om een boosterprik, in plaats van een derde vaccinatie.
Bron | Trouw, Rijksoverheid, RIVM, Volkskrant
Beeld | Getty Images