Janet: ‘We kunnen elkaar met z’n allen met kleine gebaren heel gelukkig maken’
Janet: “Ik kom uit een warm nest. Er zijn voor elkaar is bij ons een vanzelfsprekendheid en ik besef wat een geluksvogel ik daarmee ben. Wat meespeelt is, denk ik, dat we een mooi voorbeeld hebben gekregen van onze moeder. Ik zag in mijn tienerjaren hoe zij járenlang met veel toewijding zorgde voor mijn lieve oma met alzheimer, en realiseerde me toen al wel hoe moeilijk het voor haar was om – als moeder, als dochter, schoondochter en echtgenote – alle ballen hoog te houden. Ruimte voor haarzelf was er in die periode niet.
Weet wat de ander nodig heeft
Ik ben als bedrijfskundige bij verschillende (zorg)organisaties gaan werken, maar bleef in mijn achterhoofd zitten met het gevoel dat voor deze ‘mantelzorg’ toch ook een ander oplossing mogelijk moest zijn. Zodat de ene partij minder druk ervaart en de andere minder afhankelijk is, simpelweg door het sociale netwerk van beiden te vergroten – en dat is voor ieder mens goed: ziek, gezond, jong of ouder. Op een zonnige dag zat ik op een bankje in Amsterdam en kwam er een oudere meneer naast mij zitten, met wie ik vervolgens heel spontaan in een boeiend gesprek raakte. Na afloop pakte hij mijn hand en zei hij: ‘Bedankt dat je naar me wilde luisteren.’ Het deed iets met me. Het bevestigde mijn idee dat we elkaar met z’n allen met kleine gebaren heel gelukkig kunnen maken, als je maar weet wát de ander nodig heeft.
Dingen voor elkaar doen
Vier jaar geleden ben ik, met hulp van een aantal heel creatieve en betrokken mensen, gestart met Vraagelkaar.nl: een initiatief om mensen met elkaar te verbinden, gewoon doordat zijzelf een vraag neerleggen. We organiseren VraagelkaarCafés bij ouderenzorginstellingen, zodat mensen van alle leeftijden elkaar kunnen ontmoeten en kleine of meteen grotere contacten kunnen leggen. Iets leuks vragen of aanbieden kan ook gratis via de site. Het gaat dan, bijvoorbeeld, om samen wandelen, weer een keertje vissen, met elkaar naar het theater gaan. Maar soms ook vraagt iemand een ‘lift’ naar het ziekenhuis of, ik noem maar iets, om nog één keer een paard te mogen aaien. Dingen voor en met elkaar doen omdat dat leuk is en omdat alle betrokkenen daar blij van worden, dat is het idee. En daar passen, wat ons betreft, woorden als ‘zorg’ en ‘vrijwilligerswerk’ niet bij.
Hartverwarmend
De reactie en de contacten die ontstaan zijn hartverwarmend. Mensen ervaren weer hoe fijn het is om van waarde te zijn voor een ander, ongeacht een eventuele ‘handicap’. Mijn droom om sprankjes geluk te laten verspreiden is hiermee werkelijkheid geworden. En mijn nieuwe droom is nu om langzaam maar zeker heel Nederland te ‘verbinden’.”